Wanprestatie PLO?

dblogoOnlangs verscheen in de krant een zeer opmerkelijk en vreemd bericht van de Particuliere Lijnbushoudersorganisatie (PLO) en een drukke route in Paramaribo Zuid. De bushouders zijn namelijk ontevreden over het beleid dat door het ministerie van TCT wordt gevoerd. Het ministerie zou opeens a la dol vergunningen aan bushouders verstrekken. Er is bij de eindhalte te Ondrobon al geen parkeerruimte. De route is zo overmatig bezet dat 2 ploegen (A en B) moesten worden ingevoerd. Bushouders hebben dus nu ook werkloze dagen. Opeens worden toch nieuwe vergunningen verstrekt door TCT. Volgens de bushouders zou het een en ander te maken hebben met de naderende verkiezingen. Er zouden ook vergunningen zijn verstrekt voor andere routes die ook via de betreffende route gaan, en dus passagiers meepikken. Er is ‘teveel oneerlijke concurrentie’, zeggen de bushouders. Maar nu komt het ‘mooie’ van de zaak. TCT is niet bereid de bushouders, die vrezen voor hun broodwinning, te ontvangen. De PLO-voorzitter zegt dat de organisatie op zich aan deze situatie niet veel kan doen. ‘Dit is het beleid van het ministerie. Er is geen overleg met de PLO. De verkiezing nadert en ze willen hun mensen accommoderen, dus kan je er niets aan doen.’ De PLO zegt dus hier dat hij geen onderscheid kent tussen beleid en wanbeleid. De PLO heeft verder begrip ervoor dat de politiek de oneerlijke concurrentie alleen maar verergert. Er is begrip voor politici die de patronagepolitiek bedrijven, meer geen begrip voor sectormensen die op de route hun inkomsten vergaren om er hun gezin te verzorgen. De PLO zegt dat de bushouders niet bij hem zijn geweest. Maar is er überhaupt vertrouwen in de PLO? Zo te zien niet en het is voor te stellen. Hoe richtig gaan de zaken aan toe bij de PLO? De PLO doet de indruk ontstaan alsof zij ‘de’ vertegenwoordiger is van alle particuliere lijnbushouders, maar is dat echt wel zo? Wie zijn de andere bestuursleden van de PLO? De PLO is een vereniging, wanneer zijn voor het laatst verkiezingen gehouden bij deze organisatie en een alv? Er is al eerder bezwaar geopperd tegen het PLO-bestuur, omdat men politiek gelieerd zou zijn en intieme politieke vriendschappen zou hebben. Dat zou de leiding verhinderen om harde standpunten in te nemen, de kritiek is er zelfs dat hij met zijn organisatie, kritiek en onvrede (dus sociaalmaatschappelijke onrust) de kiem insmoort. Is de PLO een representatieve organisatie van alle bushouders? De vraag wordt door sectormensen ontkennend beantwoord. Het ledental van de PLO zou – afgezet tegen het aantal uitgegeven vergunningen –laag zijn om representativiteit te legitimeren. Bovendien is er een hardnekkig gerucht dat de PLO niet bereid is om busvergunninghouders als lid toe te staan. De verklaring hiervoor is dat de PLO(-voorzitter) het ledenaantal klein houdt, zodat men niet kan worden afgezet. Lidmaatschapsaanvragen worden ontmoedigd, zelfs bereidwilligheid om contributie te betalen doet niet veel ter zake. De PLO wordt door de buitenwacht gezien als een vertegenwoordiger van alle busvergunninghouders, maar dat zou ze niet zijn. De PLO heeft de monopolie niet om de particuliere bushouders te vertegenwoordigen. De vele vergunninghouders die niet zouden worden toegelaten, kunnen hun eigen vereniging oprichten, zoals een Vereniging van Particuliere Lijnbussen (VPL). Dit, omdat deze busvergunninghouders, een groot deel, geen lid is/kan worden van de PLO en het bestuur niet kan afzetten. De PLO heeft geen vertegenwoordigende monopolie en niet-leden hebben –indien gegroepeerd – ook het recht om ontvangen te worden. TCT heeft het recht niet om de bushouders te dwingen om lid te worden van de PLO, vooral als deze organisatie de deuren bewust gesloten houdt. Heel dubieus en vreemd is het dat de PLO veel pikt van TCT en de zaak goedpraat. Wat is de exacte reden hiervan? Insiders denken in de richting van intimidatie vanuit TCT en de partij die daar de scepter zwaait en financiële stromen waarvan enkelen profijt hebben.
Van TCT is bekend dat het in de afgelopen 10 jaar heel grof is omgegaan met de traditionele vergunninghouders. Vergunningen werden niet verlengd en er volgden registratie op registratie. Toen busvergunninghouders op gegeven moment tegenstribbelden, werd gewoon gedreigd dat men met de botte bijl zou hakken en vergunningen zou intrekken. TCT weet dat de PLO niet representatief is. TCT moet de bushouders erkennen als partners. Aan de andere kant zijn busvergunninghouders teveel gericht op het rijden van ritten en te weinig op de regels die gelden bij een vereniging, met name de democratische inrichting ervan. Men wordt vertegenwoordigd, maar men mag geen lid worden. Dat de PLO tegen beter weten in de zaak voortzet, zou kunnen duiden op een gebrek aan goeder trouw. Terwijl bushouders zich beter dienen te organiseren, is het TCT geboden dat het de mensen van vlees en bloed serieus neemt. Per slot van rekening gaat het niet om een hobby, maar serieuze broodwinning waar tientallen gezinnen afhankelijk van zijn.

error: Kopiëren mag niet!