Voor duurzame ontwikkeling is hereniging een must

Het is bijna weer 10 oktober. Sommigen in ons land ervaren het als weer eens een nationale vrije dag en dit jaar is het zelfs een lang weekeinde om uit te rusten van al die beslommeringen die zij in het dagelijks leven ervaren. Een ander deel in de samenleving maakt zich klaar voor het herdenken van de ondertekening van de vredesverdragen van 1760 en 1762, waarbij vooral de feestelijk viering centraal staat. Welnu de nationale vrije dag kan op diverse wijze worden ervaren.
De Nationale Reparatie Commissie Suriname, (NRCS) heeft ook een duidelijke opinie over deze dag, maar vooral over de achtergronden van de dag die in Suriname nog bekend staat als de Dag van de Marrons. In de eerste plaats wil de NRCS er weer op wijzen dat het hier in feite gaat om de dag van de in stamverband levende nazaten van Afrikanen. De aanduiding ‘marron’ voor de tweede groep verzetstrijders tegen de koloniale onderdrukking is een scheldnaam, waarvan de betekenis ‘weggelopen vee’ was. Deze benaming is blijven bestaan, terwijl de betekenis van het verzet die de voorouders van deze Afrikaanse broeders en zusters hebben gevoerd nog steeds niet goed is geplaatst in de strijd die ons volk heeft gevoerd tegen het kolonialisme, voor de nationale bevrijding en uiteindelijk voor de onafhankelijkheid van ons land.
Het besef begint in ons land heel langzaam door te dringen dat het Afrikaanse gedeelte van de multi-culturele en multi-etnische bevolking van ons land bestaat uit de drie volgende groepen: de in stamverband levende nazaten van Afrikanen, de niet in stamverband levende nazaten van Afrikanen, de zogenaamde creolen en bijkans zestig procent van de gemengden in ons land. Het is de ex-kolonisator gedurende honderden jaren gelukt om allerlei systemen van verdeel- en heers onder andere onder de nazaten van de Afrikanen toe te passen en de diverse onderdelen van de nazaten van Afrikanen tegen elkaar uit te spelen en verdeeld te houden. Langzaam maar zeker dringt het bewustzijn bij de nazaten van de Afrikanen door dat wij eigenlijk één groep zijn, die een uiterst belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de vorming van, uiteindelijk de huidige Surinaamse samenleving. Zo hebben de eerste Afrikanen die in de koloniale tijd onder mens onterende omstandigheden naar Suriname zijn vervoerd verzet geleverd tegen de afschuwelijke omstandigheden waaronder men op de toenmalige plantages moest werken. Ook is er verzet geleverd op de onvoorstelbare systematische schendingen van mensenrechten in die tijd. De verzetsstijders hebben zich op den duur in de binnenlanden van ons land teruggetrokken en hebben aldaar in stamverband, vaak met medewerking van de Inheemse volkeren een eigen leven opgebouwd. Zij hebben zich verder ontwikkeld tot de dragers en ontwikkelaars van de Afrikaanse cultuur. Hun broeders en zusters die op de plantages zijn blijven werken hebben ook op hun manier voortdurend verzet gepleegd tegen de koloniale onderdrukking. Zij hebben het vooral mogelijk gemaakt dat er op de plantages door de inbreng van hun arbeidskracht vooral suiker, koffie, katoen en cacao kon worden geproduceerd en hoofdzakelijk naar Amsterdam kon worden geexporteerd. In de periode 1683-1873 zijn er voor tientallen miljarden florijnen aan stapelgoederen in Nederland uit Suriname geexporteerd. De Nederlanders van toen hebben met deze middelen aanwijsbaar hun land opbouwd. De groep der gemengden is in ons land zich zo langzamerhand uit aan het bouwen tot een steeds groter aantal mensen. De meerderheid van deze gemengden heeft ook ‘Afrikaans bloed’ en moet hierdoor uitgaande van de ‘one drop of blood’ filosofie worden aangemerkt als nazaten van Afrikanen.
Personen van Afrikaanse afkomst in ons land moeten steeds meer gaan beseffen dat zij broeders en zusters van elkaar zijn en dat de verdeling van hun in sub-groepen een door de ex-kolonisator opgelegde verdeling is. Het wordt zo langzamerhand tijd dat zij gaan beseffen dat zij min of meer dezelfde maatschappelijke problemen hebben, die rechtstreeks uit de kolonielae tijd zijn meegenomen en dat min of meer dezelfde duurzame oplossingen gezocht moeten worden om die maatschappelijke problemen op te lossen. De gemeenschappelijke problemen/achterstanden liggen op de volgende gebieden. Onvoldoende:
– Onderwijs en vorming;
– Adekwate woningbouw;
– Besef dat het gezin de basis is voor vooruitgang en persoonlijke ontwikkeling;
– Bezit van grond en onvoldoende bezit van landbouwgrond;
– Waardering van de eigen cultuur en hun cultureel erfgoed;
– Educatieve- en culturele centra voor jongeren en ouderen;
– Ondernemers in het midden- en kleinbedrijf.
De nazaten van de Afrikanen kunnen de hiervoor genoemde problemen/achterstanden pas duurzaam aanpakken indien zij tot het besef komen dat zij stappen moeten ondernemen om te komen tot hereniging. De hereniging moet betekenen dat er samenwerkingsrelaties moeten worden ontwikkeld en dat men elkaar duidelijk moet respecteren, inspireren, stimuleren en ondersteunen.
De NRCS wenst de nazaten van de in stamverband levende Afrikanen ‘Wan Blessie Dei’ toe.
De Nationale Reparatie Commissie Suriname.
Armand Zunder,
Voorzitter.

error: Kopiëren mag niet!