Verkiezingsprogramma’s zijn niet overbodig

De politieke partij NPS heeft het goede voorbeeld door ongeveer 11 maanden voor de verkiezingen al te praten over een verkiezingsprogramma. Volgens de grondwet en de kieswetgeving zijn politieke partijen (die aan de verkiezingen deelnemen) verplicht om hun verkiezingsprogramma kenbaar te maken aan de kiezers. Dat is een deel van de garantie voor eerlijke verkiezingen. Eerlijkheid in die zin, dat de partijen durven te zeggen waar ze voorstanders van zijn en waar ze tegen zijn. En dat men durft om zich qua ideeën en uitgangspunten en normen en waarden, probeert te onderscheiden van andere partijen. Dat is een voorbode van partijen die degelijk bestuur met verantwoording hoog in het vaandel dragen. Verkiezingsprogramma’s worden volgens de karakteristieke Surinaamse wijze ‘oraal’ overgedragen op de kiezers, met een politieke saus, dus niet droog. Anders wordt men op het podium uitgejouwd. En dansje erbij maakt het geheel compleet. De Surinaamse kiezers maakt dus dansende ‘monkeys’ van serieuze politici. En deze degradatie van de politicus krijgt men contant terugbetaald als deze heren en dames het land beginnen te besturen. Verkiezingsprogramma’s zijn per definitie ‘geschriften’, ze zijn op papier, dus desnoods in digitale vorm op schrift gesteld. Nu weten wij van onze Surinaamse broeders en zusters en ook de jongeren dat ze niet houden van lezen. Stop ze een A4’tje in de handen en ga over een half uur na wat de status van het papier is. U gaat schrikken van de vorm waarin u het stuk papier gaat aantreffen. De Surinaamse kiezer leest over het algemeen geen verkiezingsprogramma’s. Veel politici willen dat zo houden, omdat het schrijven van een verkiezingsprogramma, een goede, niet voor iedereen is weggelegd. Het kost tijd en moeite en veel denkwerk, en veel politieke partijen hebben de mensen daar niet voor. Men heeft wel een overvloed aan stoottroepen, dat is een horde analfabete en academisch geschoolde mensen die het niet erg vinden om tenten op te zetten, stoelen te sjouwen en vlaggen te planten. Men zegt dus dat alle programma’s op elkaar lijken, dus dat het eigenlijk niet belangrijk is. De Surinaamse kiezer heeft de Surinaamse politicus zodanig gemodelleerd, dat de politicus het kan presteren om op hem of haar te stemmen vanwege zijn of haar mooi gezicht, een mooi klinkend lied of zelf een paar soepele danspasjes.
De Surinaamse kiezer is dus over het algemeen vanwege zijn lage scholing, niet geïnteresseerd in lezen. Hij neemt liever om de 5 jaar ‘een kans’, dat is gemakkelijker dat voetbalwedstrijden laten om saaie programma’s te lezen. Na de verkiezing krijgt hij dan waar voor zijn geld, hij oogst wat hij gezaaid heeft.
Laten wij u zeggen dat verkiezingsprogramma’s, eenmaal ze goed op papier zijn gezet, niet op elkaar gaan lijken. Dat zal alleen gebeuren als alle politieke partijen in afstemming met elkaar, gezamenlijk de programma’s schrijven. En dat gebeurt niet. Verkiezingsprogramma’s bieden een goede verificatiebron om na te gaan of een politieke partij gedaan heeft wat het heeft beloofd. Het is eigenlijk de enige bron van verificatie. We zien echter dat er niet genoeg geschoolde en ontwikkelde mensen in Suriname zijn die bijvoorbeeld van de huidige regering kunnen vaststellen wat ze hebben beloofd en wat ze ervan hebben gebakken. In 2010 bracht de NDP een verkiezingsprogramma voor 10 jaar, eindigende in 2020. 2020 is volgend jaar. Daarin is een aantal heel concrete zaken genoemd, zoals speciaal beleid voor vrouwen en mensen met een beperking. De politieke partijen worden opgeroepen om op tijd te komen met hun verkiezingsprogramma’s. Men moet daarbij het niet laten bij algemene vaagheden als ‘het verminderen van de armoede’. Daarbij moet men direct vertellen hoe men daar aan concreet invulling zal geven. Ook moet men aangeven hoe men staat tegenover traditionele normen en waarden als het traditionele huwelijk en gezinnen, sociale zekerheid en de positie van de bedrijven en die van de werkende mensen. Er heeft zich in Suriname recent een bundeling plaatsgevonden onder de zogenaamde partijen die de stadscreolen en de marrons vertegenwoordigen. Daaruit blijkt dat de NPS en de Abop zich vooral zullen toeleggen op de burgers die nazaten zijn van de slaven. Hun aandacht zal gericht zijn op deze groepen, ze zullen alleen de belangen van personen afkomstig vanuit deze groepen behartigen. Ze zullen niet opkomen voor de belangen van de leden van de andere groepen. Dat is geen prioriteit en daarvoor zal men ook geen tijd hebben. Het zaad van deze eenheidsbeweging is gelegd door de huidige NDP-regering en wellicht ware het compleet geweest als deze partij zich bij het tweetal had aangesloten. De partij zou geen vreemde eend in de bijt zijn. We zeggen dat het zaad door deze regering is gelegd vanwege een hele Directoraat Duurzame Ontwikkeling Afro-Surinamers Binnenland. Dus er wordt belastinggeld dat door de gehele samenleving wordt opgebracht gekanaliseerd naar 1 bevolkingsgroep. Internationaal wordt altijd over Inheemse en Tribale Volken gesproken, maar waarom zijn de Inheemsen bij dit directoraat weggelaten? Inmiddels is het zo dat alle problemen waarmee Surinamers te maken hebben, door alle groepen van de bevolking in even grote mate worden ervaren. Er is dus geen groep met een grotere achterstand dan de anderen. We noemen op alcohol- en drugsgebruik, huiselijk geweld, slechte huisvesting, armoede, eenoudergezinnen, drop-outs, tienerzwangerschappen, betrokkenheid in strafbare feiten. Burgers uit alle bevolkingsgroepen ervaren deze problemen. Door de bundeling die is geschied en het doel, zal een deel van de Surinamers buiten de boot vallen. De NPS moet in haar verkiezingsprogramma wel eerlijk voor de dag komen en duidelijk aangeven voor wie ze opkomen.

error: Kopiëren mag niet!