Vandalisme

Het journaal is voor mij elke avond vaste prik. Over de beeldbuis flitsen weer vernielingen door demonstranten. Grimmigheid, woede en zelfs een triomfantelijke lach staat er op de gezichten te lezen terwijl straten en gebouwen worden vernield en auto’s in brand gestoken. Het is geen prettig gezicht en toch betrap ik mezelf er op dat het mij niet veel meer doet en daar schrok ik heel erg van. Is het al zover met me gekomen dat ik een samenleving die dagelijks te kampen heeft met agressie en vernielingen, kan scharen onder de noemer ‘normaal’?
Vroeger deed men dit gedrag af als horende bij een asociale groep of gewoon wat kwajongens streken of puberaal gedrag en de volwassenen traden dan corrigerend op. Nu zijn het juist de volwassenen die allerlei vernielingen aanrichten en met dit gedrag jongeren in die richting stimuleren.
De wereld kent welvaarts- en onderontwikkelde landen. Men denkt maar al te vaak dat welvaartslanden, omdat ze rijk zijn ook automatisch een hoger fatsoenniveau en intelligentie hebben dan arme of onderontwikkelde landen. Terwijl ik naar dit vandalistisch gedrag kijk, vraag ik me af of moedwillig vernielingen in je eigen land aanrichten wel getuigt van hoger op de fatsoensladder staan of meer intelligent zijn. Met dit gedrag wordt juist een gebrek aan intelligentie en fatsoen gedemonstreerd. De vernielingen moeten achteraf betaald worden van hun eigen belasting centen. Hoe dom kun je zijn?
Vandalisme is het moedwillig beschadigen of vernietigen van objecten die iemand anders toebehoren. Het verschijnsel is genoemd naar een volk in Polen die 60 jaar na Christus leefde en de ‘Vandalen’ heette. Ze vochten vaak. Ook sloopten ze de boel en vernielden veel spullen. Ze trokken naar Spanje en naar Noord Afrika. 460 na Christus plunderden ze de stad Rome en richtten daar verwoestingen aan. Tijdens de Franse Revolutie was abbé Grégoire de eerste die het woord vandalisme gebruikte voor onnodige vernielingen in de kerk. Waarom maken mensen zich schuldig aan vandalisme?
Is het misschien uit innerlijke onvrede, kampen ze met psychische problemen, uit verveling of wraak, uit protest tegen iets of iemand? Hoewel er verschillende soorten vandalisme bestaan is een afscheiding niet duidelijk te maken. Het onderscheid wordt meestal gemaakt naar de motivering van de dader(s), maar de drijfveer van de dader kan meerdere motieven omvatten (prestigedrang, verveling, wraak). In veel gevallen speelt ook drank en drugs mee omdat dit de remmingen verlaagt. Vooral in de groep voelt men zich stoer en sterk en worden de remmingen weggenomen. Een duidelijk voorbeeld van groepsvandalisme is voetbal vandalisme.
Ook is er politiek getint vandalisme. De daders reageren hier een zekere politiek getinte frustratie af. Vaak ziet men dit bij demonstraties die uit de hand lopen, doordat bijvoorbeeld een deel van de demonstranten moedwillig zaken beschadigen of in brand steken. (bijv. de gele hesjes). In veel gevallen gaan de handelingen verder dan blinde vernieling en probeert men een politieke boodschap uit te dragen. Het vandalisme is hier eerder een middel om het doel te bereiken en eventuele vernieling of schade is voor de dader bijzaak. Ook religieuze motieven kunnen een rol spelen bij vandalisme. Een recent voorbeeld zijn de door de Taliban en de Islamitische Staat aangerichte vernielingen tegen christelijke en zelfs islamitische heiligdommen, die gezien worden als een vorm van afgodenverering. Vandalisme kan ook een manier zijn om een dreigement over te brengen bijvoorbeeld door stenen te gooien door de ruiten wil de dader het slachtoffer dwingen om te verhuizen. De meest recente vorm van vandalisme is Cybervandalisme, dat is vandalisme door (via het internet) wijzigingen in software of websites aan te brengen of deze te wissen of onbruikbaar te maken. Hierbij worden webpagina’s moedwillig gewist of veranderd tegen de wil van de eigenaar. Ook het creëren en in omloop brengen van computervirussen is een vorm van (cyber)vandalisme. De motiveringen achter cybervandalisme komen deels overeen met die achter ‘gewoon’ vandalisme: balorigheid, het willen uitoefenen van macht, verveling of frustratie. Wat al deze soorten vandalisme gemeen hebben is dat ze een ander opzettelijk beschadigen.
De maatschappelijke impact van vandalisme is groot en de schade loopt vaak in de miljoenen. Jammer genoeg draaien niet alleen de vandalisten voor de schade op, maar alle belastingbetalers. Veel erger is dat vandalisme leidt tot verpaupering van een buurt en het tast het levensgenot aan van burgers want de gevolgen van de vernielingen zijn direct zichtbaar, het is feitelijk een zichtbaar delict dat leidt tot gevoelens van onveiligheid en normvervaging en de aanblik van vernielingen trekt vaak meer vandalisme aan. Een slachtoffer die te maken krijgt met vandalisme voelt zich erg machteloos, wanhopig, verdrietig en woedend over de moedwillige vernieling van diens eigendom. En ook al ben je geen direct slachtoffer geworden het wonen in een steeds meer verpauperde buurt, met zichtbare vernielingen, geven een gevoel van machteloosheid en de buurt krijgt de sticker opgeplakt van asociaal en wordt minder waard.
Natuurlijk komt er in Suriname ook vandalisme voor maar gelukkig nog niet in zo erge mate als in het buitenland. De mensen hebben het zo goed in een rijk land dat een of meer vernielingen ze niet meer raken ( de financiële middelen zijn er om de schade snel te herstellen, ze hoeven er niet jaren tegenaan te kijken). Hoe rijker het land hoe onverschilliger men lijkt te staan tegenover vandalisme, dus wordt er meer en sneller vernield. Suriname heeft geen geld voor herstel. We hebben het geld hard nodig om het land op te bouwen.
Suriname heeft de neiging om veel uit het buitenland over te nemen, daarom doe ik een dringend verzoek aan alle landgenoten: “ Neem nooit dit vandalistisch gedrag over. Als je boos, teleurgesteld of bitter bent, reageer je woede of frustraties nooit af op je eigen land, steek geen gebouwen in brand, richt geen vernielingen aan, kortom maak je land niet kapot. Een nog dringender verzoek is laten we niet afglijden naar het lage fatsoensnivo en normverlaging, waar het buitenland op afstevent. Je eigen land kapotmaken getuigt namelijk niet van intelligentie en fatsoen.
JOSTA VASEUR

error: Kopiëren mag niet!