Surinaams opportunisme bij walvisbeleid

In de editie van de krant enkele dagen terug verscheen een zeer belangwekkend artikel over de walvisvaart in de wereld en in de regio, de instelling van een wilvisreservaat in de regio en de houding van Suriname op het internationale/regionale forum wat betreft de instelling van het reservaat. Suriname is een groen land qua voorkomen van land, maar geen grond land qua beleid. De grote walvisvaart vindt plaats door Japan onder het mom van wetenschappelijk onderzoek. Inmiddels is het voor alle partijen duidelijk dat het hier gaat om een grove leugen en pure voor-de-gek-houderij. De Japanners slachten de walvissen, die intelligente wezens zijn, uit om deze te consumeren. Twee jaar geleden oordeelde het Internationaal Gerechtshof in Den Haag dat de walvisjacht niets met wetenschappelijk onderzoek te maken heeft. De stemming was in de Internationale Walvisvaartcommissie (IWC). De IWC werd opgericht tijdens de Internationale Conventie voor de Regulering van de Walvisvaart op 2 december 1946. De taak van deze commissie is regelmatig de afspraken over de regulering van de walvisvaart bij te werken en te herzien. De afspraken hadden oorspronkelijk tot doel om de walvisvaart te beschermen. Deze werd bedreigd door het teruglopen van de walvisstand. In de jaren ’60 ging de IWC ertoe over bepaalde soorten walvissen volledig te beschermen, gebieden aan te wijzen als reservaten voor walvissen, quota vast te stellen voor het aantal te vangen walvissen, seizoenen vast te stellen waarin op walvissen mag worden gejaagd en de vangst van walviskalveren en van moeders met kalveren te verbieden. Toen deze maatregelen onvoldoende bleken om de terugloop van de walvisstand te stoppen, besloot de commissie in 1982 tot een moratorium op de walvisvangst met ingang van 1986. Daarbij maakte ze wel enkele uitzonderingen. Zo mocht Japan sinds 1986 jaarlijks enkele honderden walvissen vangen “voor wetenschappelijke doeleinden”. Het moratorium had enig succes, waarna de leden Japan, Noorwegen en IJsland geen redenen meer zagen om zich langer te beperken. Tot nu toe is er in de commissie geen meerderheid bereikt om het moratorium te beëindigen, en evenmin om het moratorium om te zetten in een definitief verbod. Op de vergadering van de IWC enkele dagen terug werd de Florianpolis Declaration on Brazilie aangenomen waarbij de meerderheid van de landen hebben beslist dat het jagen op de walvis niet behoort tot activiteiten voortvloeiende uit economische noodzaak. De walvis behoort tot de bedreigde soorten, tot een jachtvrije zone komt het niet mede dankzij Suriname. Brazilië had daar een aanvraag ingediend om een dergelijke zone voor de eigen kust te mogen instellen. Die aanvraag doet het land al twintig jaar en opnieuw werd het afgewezen. De commissie mag alleen unaniem dergelijke besluiten nemen. Onder andere Japan, IJsland, Rusland en Noorwegen maar ook Suriname was tegen, alsof Suriname walvissen vangt. Maar als Suriname geen walvissen vangt, wat vangt het land dan wel? De journalisten die deze meetings van de IWC volgen, geven aan dat polarisatie (opkomen voor enge groepsbelangen) altijd te merken is op deze vergaderingen. Greenpeace was toehoorder tijdens deze meeting. De Florianopolis Verklaring werd wel aangenomen door de meerderheid van de landen (uiteraard zonder Suriname). Walvissen worden steeds meer bedreigd door klimaatsverandering, plastiekvervuiling, seismische ontploffingen en industriele visserij. Er bestaat nog steeds een verbod op commerciele walvisjacht. Japan heeft een aantal landen waaronder Suriname meegekregen om dit verbod ongedaan te maken. Het gaat om landen die daadwerkelijk aan de walvisvangst doen en derdewereldlanden die omkoopbaar zijn voor een beetje geld omdat ze altijd ‘skeer’ zijn en geld nodig hebben. Het zijn landen die zich laten misbruiken voor geld en in principe zijn het landen waar de besluitvorming in handen ligt van corrupte politici en niet in handen van professionele diplomaten. Japan had namelijk voorgesteld om de commerciele jacht op walvissen weer open te stellen. Het merendeel van de landen (waartoe Suriname dus niet behoort) heeft deze poging van Japan heel vroeg de grond ingeboord. Het verbod is al 30 jaar in stand, de jacht op walvissen kunnen de mensen wel controleren en dat is minder het geval bij klimaatsverandering en de plastiekvervuiling (microplastiek) dat bijna niet meer te herstellen en om te keren is. Er zijn volken die traditioneel op de walvis jagen voor puur lijfsbehoud en die volken ervaren nu een gezondheidsgevaar door de plastiekvervuiling die al voorkomt in het vet en het vlees van de walvis. Het reservaat genaamd de ‘South Atlantic Whale Sanctuary’ is tot grote teleurstelling van gastland Brazilie niet tot stand gekomen. Het haalde wel de meerderheid, maar niet de vereiste gekwalificeerde meerderheid. Het is mede te wijten aan Surinames stemgedrag dat dit reservaart niet werd gehaald. De jacht op walvissen is al sinds 1986 verboden. Maar er zijn uitzonderingen. Zo jagen sommige landen voor ‘wetenschappelijk onderzoek’. Ook mogen inheemse culturen bij wie de walvisjacht deel uitmaakt van het erfgoed een aantal dieren afmaken. Ook jagen sommige vissers illegaal op walvissen. Dat gebeurt zelfs bij Antarctica, waar internationaal is afgesproken walvissen met rust te laten. Het is een opportunistische daad om vóór Japan te stemmen, zei een milieuactivist in de krant. Bovendien is Suriname het enige land in de Walviscommissie die een privé persoon als commissaris heeft zitten en geen topdiplomaat of expert. Alles bij elkaar genomen om Surinames keus om voor Japan te stemmen geen zuivere koffie. Dit soort besluiten maken dat we internationaal niet als een serieuze staat overkomen.

error: Kopiëren mag niet!