Steven Debipersad: “Informele sector struikelblok bij vlotte afhandeling NRA”

Steven Debipersad
Steven Debipersad
De Caribbean Financial Action Task Force (CFATF) heeft sedert het jaar 2014 een waslijst aan verbeterpunten meegegeven aan Suriname om het stigma van een onbetrouwbare en mislukte staat te voorkomen. Suriname staat vooralsnog niet op de blacklist, echter heeft de noodkreet van procureur-generaal (pg) Roy Baidjnath Panday, vertegenwoordiger van Suriname bij de CFATF, velen de stuipen op het lijf gejaagd. De eerstvolgende evaluatieronde wordt gehouden in de periode tussen maart en juni 2020. Indien Suriname er niet in slaagt om zijn huiswerk adequaat klaar te leggen, zal dit desastreuze gevolgen met zich meebrengen: het geslingerd worden op de blacklist.
“Het is goed dat de noodklok is geluid; het is belangrijk dat alle actoren stappen ondernemen. Vaak genoeg ligt de verantwoordelijkheid niet alleen bij de Centrale Bank van Suriname (CBvS) en procureur-generaal, maar grotendeels bij de Staat Suriname. We moeten er alles aan doen om een goede reportage neer te zetten om te voorkomen dat er nog meer ellende op ons afkomt”, onderstreept Steven Debipersad, econoom tevens secretaris van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES), in gesprek met Dagblad Suriname. Het niet kunnen importeren van USD-biljetten is een indicatie dat Suriname richting de blacklist gaat. Debipersad beweert dat alleen het bemoeilijken van het USD chartaal verkeer bij menigeen slapeloze nachten heeft bezorgd.
Debipersad voert aan dat er veel kostbare tijd verloren is gegaan om invulling te geven aan de Nationale Risico-analyse (NRA), welke de basis vormt voor de evaluatie van de CFATF. “De aanbevelingen van CFATF hebben we sedert 2014 meegekregen. In feite zouden we dat nu in orde moeten hebben. De procedures nemen zoveel tijd dat nu beginnen zorgwekkend is.” Volgens de econoom is het grootste struikelblok het in kaart brengen van de informele sector. In Suriname is dit voornamelijk de factor die het risico, om op de blacklist geslingerd te worden, vergroot. De overheid heeft bovendien geen grip op de informele sector, waar illegaliteit de boventoon voert. “De informele economische activiteiten die plaatsvinden in het binnenland moeten geformaliseerd worden en dat doe je niet binnen een paar maanden.”
Zaken als drugshandel en het witwassen van geld belemmeren een land om buiten de gevarenzone (blacklist) te verkeren. De aard van de aanbevelingen van de CFATF zijn overigens financieel-economisch van aard. Een goed deel daarvan behelst ook juridische stappen die Suriname moet nemen omtrent de illegale grensoverschrijdende operaties in Suriname. In de optiek van Debipersad is de aanpak hiervan niet alleen een aangelegenheid wanneer CFATF erom vraagt; de autoriteiten moeten te allen tijde ernaar streven om Suriname niet in een isolement terecht te laten komen.
KSR

error: Kopiëren mag niet!