Sportclubs in crisis

Het gaat niet goed met de monumentale clubs in de hoogste regionen van onze voetbal. Voorwaarts, Robinhood, Transvaal en Leo Victor zijn clubs die lange tijd synoniem hebben gestaan met Surinaams topvoetbal en de Hoofdklasse. De transferperiode is open en er is een aantal spelers die nog op het nippertje bezig is te hengelen om te kijken waar men een betere deal kan krijgen. Tegelijkertijd wordt in de media bericht dat de club Transvaal een flinke leegloop heeft ondergaan en zegt bijna zeker te zijn van degradatie naar de Eerste Klasse komend seizoen. Vorig jaar degradeerde Robinhood al. Eerder maakte ook Voorwaarts een heel moeilijke tijd mee door zelfs te degraderen naar de Eerste Klasse, maar de club bleef het Surinaamse voetbal trouw door te blijven investeren in de Surinaamse jeugd via een U-11 en geduldig te blijven bouwen aan een team dat zich in de Hoofdklasse kan handhaven. Het is jammer dat een team als Transvaal die ook heel veel vanaf de U-11 investeert in jeugdspelers, de dreiging heeft om te degraderen. Wat het gedeelte van jeugdvoetbal betreft, zijn Robinhood, Transvaal, Voorwaarts en ook Leo Victor modelclubs. Er wordt veel in jeugdvoetbal geïnvesteerd in zeker 5-6 leeftijdscategorieën. Er zijn Topsectieclubs die helemaal geen aandacht besteden aan jeugdvoetbal en de SVB vindt het niet erg, ondanks duidelijke vereisten op dit stuk die de club zelf heeft bekendgemaakt. Er zijn rijke clubs met een dictatoriale alles bepalende eigenaar, die het in de transferperiode tot een hobby hebben gemaakt om inkopen te doen en te demonstreren hoeveel geld men wel niet bezit. Het jammerlijke is dat de SVB tot nu toe geen oog heeft gehad voor de clubs, die zwaar investeren in de jeugd. De bond heeft weinig gedaan om de investering van deze clubs veilig te stellen. Er zijn regels vanuit de wereldvoetbalbond Fifa die bepalen dat de jeugdclub waar spelers aanvankelijk als kind worden opgevangen en begeleid, steeds een percentage van het transferbedrag meekrijgt als de speler van club verandert in zijn carrière. Daarmee kunnen andere kinderen worden opgevangen en begeleid. Het is jammer dat een club als Transvaal niet in staat is spelers te behouden. De naam Transvaal is in de Surinaamse voetbalwereld een begrip, het heeft een lading. De club is CFU kampioen geweest en ettelijke keren landkampioen van Suriname. Het was een hofleverancier van spelers voor de nationale selectie van Suriname. Spelers hebben tegenwoordig steeds meer oog voor het tekengeld en andere beloningen dan op een sportcarrière. Het gevolg is dat wij heden ten dage geen voetbaltoppers meer hebben in Suriname. Wie is de topspeler in Suriname nu? Wie is de top goaltjesdief van Suriname nu? Het Surinaams voetbal heeft geen sterren meer, omdat spelers elk jaar van hot naar her verhuizen op zoek naar meer geld. De gemiddelde kwaliteit van de Surinaamse voetballer is er niet op vooruit gegaan. De spelers zijn fysiek steeds minder en technisch hapert er ook veel. De vraag rijst hoe het mogelijk is dat een club als Transvaal, die via jeugdvoetbal ook genoeg teruggeeft aan de samenleving in het kader van corporate social responsibility, niet in staat is om een paar goede sponsors aan te trekken. Een aantal sponsors zou via schoolprogramma’s een aantal getalenteerde jeugdspelers kunnen vasthouden.
Wat we in de voetballerij steeds meer zien, is dat rijkelui clubs als een mode-item met geld overnemen en gebruik makend van de mazen in de regels van de SVB een inkoopwedstrijd houden met andere soortgenoten, zonder wat terug te geven aan de samenleving of van betekenis te zijn bij de ontwikkeling en identiteitsvorming van een buurt- of de sportontwikkeling. Nu wordt bericht dat een club die landskampioen is, maar uitblinkt in gebrek aan discipline bezig is professioneel voetbal in Suriname in te voeren. De clubeigenaar zou voor het komende voetbalseizoen meer dan een kwart miljoen US Dollar hebben uitgegeven aan twee clubs die hij beheert. Dit geld is dus besteed aan transfergelden aan de clubs en aan tegemoetkomingen aan de spelers om zich te committeren aan de club of dat schulden van de spelers zijn afgelost. De salarissen van de spelers komen daar nog bij kijken. Dit nieuws zal een aantal rijke mannen die ook in de voetballerij bemoeien zeker triggeren. Men zal popelen om dit bedrag te overschrijden. Met profcontracten en een salaris worden clubs niet automatisch een profclub. Als gekeken wordt naar de definitie van een betaalde voetballer (meer ontvangen van een club dan je uitgeeft om te kunnen voetballen) dan hebben we al betaalde voetballers. Bij betaald voetbal doelt men ook op een professioneel draaiende club, met goede bestuurders, die niet zelf met een grote buik op het veld gaan rennen om de club te schande te zetten. Bij een profclub draait het in de eerste plaats om discipline van bestuurders, de technische staf en de spelers. De gemoederen moeten niet meer verhit raken en de emoties moeten niet meer hoog oplopen. Het orgasme moet men leren uitstellen, bijvoorbeeld tot nadat een wedstrijd is gewonnen en iedereen happy is. Verder draait het om het runnen van de club als een bedrijf en het opzetten van een administratieve organisatie met gescheiden functies. De vraag rijst uiteraard ook of het bevorderlijk is voor het Surinaams voetbal om sporters salarissen uit te betalen. Wat voor impact zal het hebben op andere spelers? Welke arbeidswetten zullen op deze werknemers van toepassing zijn? De SVB heeft veel werk aan de winkel. De crisis bij de monumentale en andere clubs die toevallig ook een stuk maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen om bijvoorbeeld ook in de jeugd te investeren, hebben het moeilijk. De SVB moet maatregelen invoeren om dit soort clubs te beschermen en om avonturiers die er in het voetbal bemoeien puur om hun ego te strelen, te begeleiden. De SVB moet clubs die in jeugdvoetbal investeren beschermen en daarvoor zijn er regels die ingevoerd moeten worden.

error: Kopiëren mag niet!