Samenraapsel en ander tuig

dblogoZo werd de meerderheid van politiek Suriname betiteld door de heer Winston Caldeira van de NDP daarmee uiting gevende aan de cultuur van overheersing en niet aan de cultuur van samenwerking en van teamwork. Het VES-debat van 13 mei illustreert de armoede van onze politiek en laat zien hoe onze politiek de politiek van de armoede is geworden. We zijn misschien zowat het enige land waar mensen denken dat het de economen zijn die dingen maken die we kunnen kopen in de supermarkt. Geen van de zaken die je echt nodig hebt in je leven zijn door economen of juristen gemaakt, luchtbellen en luchtkastelen heb je echt niet nodig. Nog erger is het idee dat het slechts de economen zijn die weten hoe het beter moet met onze economie. De overheersing van de witte boordenstudies aan onze universiteit heeft geleid tot een cultuur van praten en praten en praten. De NDP zegt bij monde van de heer Winston Caldeira dat het goed gaat in ons land. De duivel vindt de hel daarom dan ook het paradijs waar het goed toeven is. Menig westers land heeft haar economische achteruitgang te danken aan de overheersing van juristen en economen in haar elite instituten van bestuur. De opkomst van Azië is te danken aan de aanwezigheid van ingenieurs in haar instituten van bestuur. De USA kan haar positie slechts handhaven door import van ingenieurs en wetenschappers uit Azië. Onze bestuurders zijn in de praktijk geen economen, geen ingenieurs, het zijn uit het hoofd bestuurders. We worden geregeerd door de waanzin van de dag, niet gehinderd door enige kennis van zaken.
Het vraagstuk van economische ontwikkeling is geen vraagstuk welke pur sang door economen alleen opgelost kan worden, ze kunnen wel een bescheiden bijdrage daartoe leveren. Maar meer dan dat niet. De overheersing van economen in het debat over de economische ontwikkeling heeft tot gevolg een te grote nadruk op macro-economische en monetaire vraagstukken. Met als gevolg de ontwikkelingsachterstand van Suriname. Over één ding kunnen we eens zijn, gebrek aan kapitaal en aan natuurlijke hulpbronnen hebben wij niet gehad. Waarom dan de overheersing van monetaire vraagstukken in het ontwikkelingsdebat. Omdat de reële economie, de economie van werkgelegenheid, van arbeid, van productie van goederen en diensten, van export, van koopkracht, van lonen en prijzen, etc. sinds 1975 een stiefmoederlijke behandeling krijgt in het debat over de economische ontwikkeling. Het vraagstuk van economische ontwikkeling is sinds 1975 gelijk aan het vraagstuk van hoe maken wij de pot op. Gevolg onderontwikkeling. De koloniale meesters hebben in 1975 het land cadeau gedaan aan mensen die goed konden zingen in de kerk, maar die niets afwisten van hoe een land op te bouwen. Praters en babbelaars overheersen sindsdien het economisch debat. Toen in begin jaren 80 de recessie haar intrede deed en de ontwikkelingshulp opgeschort werd, toen werd duidelijk hoe zwak de economische structuur van Suriname was. Geen gerichtheid op de exporteconomie en geen diversiteit, met als gevolg deviezenschaarste. Het VES-debat illustreert het feit dat economie een geloof is geworden met aan de ene kant de ISIS-extremisten en aan de andere kant de paus en zijn aanhang. Multinationals worden gesubsidieerd, terwijl het Surinaams ondernemerschap het spijkerbed aangeboden krijgt.
Politieke macht in handen van praters en babbelaars heeft geleid tot een inkrimpende productiebasis, tot verwaarlozing van de reële sector en dat vindt zijn weerslag in een toename van het ambtenarenapparaat en deze weer beïnvloedt op haar beurt negatief de productiebasis van onze samenleving. De cirkel van neergang is rond. Onze cultuur apprecieert hard werken niet. Deze cirkel kan pas doorbroken worden indien de productiesector en vooral de duurzame productiesector meer aandacht krijgt. De reden waarom dat niet gebeurt, is gelegen in het feit dat ons kader vooral babbel- en praatkader is. Ze werken graag in een airco-omgeving. Ze kunnen niet engineeren en zijn technologisch analfabeet. Ze missen kennis van product-markt-technologie-combinaties. Kennis van gedegen investeringsanalyse ontbreekt, zie de debacle met de Staatsolie-raffinaderij die wij nu via de benzineprijs subsidiëren. We doen wat we kunnen doen en niet wat we moeten doen. De moderne gemeenschap in een natiestaat heeft als basis de conceptie van het algemeen belang en de onderlinge solidariteit tussen de diverse segmenten in de samenleving. Hier is dus geen plaats voor primitieve vormen van machtsuitoefening. Wanneer de politieke vertegenwoordigers van de meerderheid van de samenleving uitgemaakt worden door de heer Caldeira voor samenraapsel en ander tuig, dan getuigt dit van een cultuur die in de beschaafde landen uitgebannen is en die slechts te vinden is in die landen waar nu burgeroorlogen heersen. Let wel de meerderheid van de samenleving is uitgemaakt voor tuig. Daarom is kiezen voor partijen als de NDP kiezen voor dictatuur en dus politiek zelfmoord. Kies voor partijen die zichzelf vernieuwd hebben, qua bemensing en qua ideologie. Kies voor leiders die onbaatzuchtig zijn en die beschikken over prestatiegerichtheid, bewustzijn, edelmoedigheid, onbaatzuchtigheid en karakter.
Richard B. Kalloe

error: Kopiëren mag niet!