Ruis bij rijstexport toont gedrag rijstsector

dblogoWat denkt u wanneer u een vergenoegd toekijkende landbouwminister ziet, terwijl hij toekijkt hoe een hijskraan een lading landbouwproduct inlaadt in een schip aan de kade? Men kan denken aan tevreden Surinaamse landbouwers die hun productie geëxporteerd zien en een minister die persoonlijk ter plekke aanwezig is om te feliciteren en credits te ontvangen. Maar wat moeten wij denken wanneer wij horen dat het een show was ‘van hoe het aan zal toegaan wanneer de export zal plaatsvinden naar Venezuela’ en dat de boot zonder lading is vertrokken? Dan denken we aan de uitlatingen van een partijgenoot die de uitdrukking ‘kleine leugenaar’ heeft gebruikt. Waarschijnlijk zult u denken aan de verschillende keren toen voor de verkiezingen palen werden geslagen in de grond, maar de brug uiteindelijk niet kwam. Goedkope propaganda zou je kunnen zeggen, maar niet efficiënt. Het rijstexportaspect van de Petrocaribe wordt al gebruikt door de politiek om stemmen te winnen. Dit, terwijl het niet duidelijk is en zelfs zwaar betwijfeld wordt dat er sprake zal zijn van een structurele en regelmatige flow van padie naar Venezuela. De minister zei eerder dat het ging om een eenmalige export. Nu wordt dat weer tegengesproken. Bij eenmaligheid heeft een betreffende exporteur wel wat aan, maar voor de toekomst is het geen goed nieuws noch voor hem noch voor de overige boeren en exporteurs. Door de huidige minister van LVV wordt al geruime tijd beweerd dat hij ervoor zal zorgen dat rijst naar Venezuela wordt geëxporteerd. In september 2014 werd tijdens een bezoek aan Venezuela door o.a. de president bekendgemaakt dat jaarlijks padie en rijst in Venezuela kunnen worden afgezet. Onze LVV-minister heeft hierop weer voortgeborduurd. Het klaarmaken van de rijstexporteurs en de rijstverbouwers is zijn taak. Het communiceren en voorbereiden van de sector is ook zijn taak. In februari 2015 was er een actie van de rijstboeren, omdat de belofte van de padie-export niet ingelost werd. Ongeveer 2 weken na deze actie zag men al beweging, die nu blijkt een schijnbeweging te zijn. Eerder in mei 2015 hadden de verbouwers al laten weten dat het te lang duurt met de Venezuela-deal. Toen de sector in februari 2015 op straat kwam, werd de opmerking vanuit de burgerij gemaakt dat Venezuela zelf door een financiële situatie gaat en daarom geen rijst van ons zou afnemen. Met Guyana hebben de Venezolanen een deal van 200.000 metrieke ton per jaar, maar wat de prijs is weten we niet. De prijs die nu aan de orde is, is hoger dan de wereldmarktprijs. Het meest opmerkelijke in de hele aangelegenheid is de ruzie binnen de VRE. Een voorzitter is afgetreden. Hij zou – op de hoogte zijnde van de mogelijkheid tot export naar Venezuela – de zaak niet hebben door gecommuniceerd naar de leden. Ook zou hij – volgens collega’s – zich hebben gehaast om zichzelf eerst te zegenen. De silo’s van de exporteurs liggen vol met padie, omdat men niet heeft kunnen/willen afzetten de afgelopen periode. Bij exportmogelijkheden tegen een goede prijs zou iedereen willen meedoen. Hoeveel bij elkaar in de silo’s ligt, is niet bekend. De exporteurs zijn nu een verdeelsleutel overeengekomen, zoals het hoort. Na de zogenaamde exhibition is de minister benaderd door de media om een toelichting. Dat de minister achteraf een toelichting geeft op iets dat op misleiding lijkt, wekt achterdocht op. De rijstsector heeft vaak het gevoel gehad dat ze genept wordt door politici. De minister had voordat vragen opkwamen uitleg moeten geven. Ook moet de minister voorkomen dat hij luchtkastelen verkoopt aan de boeren. Rijst exporteren naar Venezuela of een ander land is reëel, maar dan moet er serieus aan worden gewerkt. De minister zei eerder dat het zoeken van afzet geen taak is van zijn ministerie en formeel zou dat juist kunnen zijn, bekeken vanuit het besluit taakomschrijving van de departementen. Maar zijn ministerie en die van Buitenlandse Zaken en de ambassades zijn heel vaak in de gelegenheid en technisch in staat om tenminste voorbereidend een weg te openen. Door de minister wordt vaak geklaagd dat de sector verdeeld en niet adequaat georganiseerd is. Maar in deze tijd is het zijn taak om beleidsmaatregelen te treffen om de sector institutioneel te versterken. De rijstsector draait niet alleen om modder, water en padie. Capaciteit om te onderhandelen, meningen te ventileren, inspraak te krijgen en te dealen zijn wezenlijk onderdeel van de business. LVV heeft een taak hierin. Als de sector niet adequaat zich kan verenigen, dan kan het ministerie platforms creëren waarin padieverbouwers, verwerkers en exporteurs vertegenwoordigd zitten. Bij de afzet was het de bedoeling dat op de Surinaamse ambassades zwaar zou worden gefocust op de economische diplomatie. De uitleg op zich die de minister aan ons geeft, doet ons wel de wenkbrauwen fronzen. De lading zou doorgaan, maar de minister zag op de haven een lekkage (aan de boot) en hij had de bevoegdheid om een reparatie te eisen. Intussen blijkt dat de boot al is vertrokken en dat een andere de lading komt halen. Er werd eerst beweerd dat de boot ongeschikt was voor rijstvervoer, vanwege de veiligheid. Er moest eerst worden schoongemaakt, omdat de boot chemicaliën zou hebben meegenomen naar Suriname. Nu is de boot afgekeurd. We hopen dat de boeren wat hebben aan de export van rijst en dat er sprake is van een langetermijnplanning en duurzaamheid. We hopen ook dat de sector ziet dat hun grootste probleem is hun decennialange neiging om alleen naar de eigen belangen te kijken. En precies daar geeft men aanleiding om niet serieus te worden genomen.

error: Kopiëren mag niet!