Roy de Miranda: ‘Idris Naipal sleept mij onterecht erbij’

‘In zijn aanval op Cliff Limburg, die lafheid wordt verweten, haalt Idris Naipal ondergetekende wederom op niet fraaie wijze erbij. Idris Naipal geeft zoals te doen gebruikelijk op leugenachtige wijze mijn bijdrage aan het radioprogramma, d.d. 11 december 2014 (Bakana Tori), weer. Zo zou volgens Naipal, Roy de Miranda zijn opgevoerd als kenner van wet en recht. Dat is in de eerste plaats bezijden de waarheid. Ik ben in het bovengenoemde programma als gevolmachtigde van de heer D.D. Bouterse aan het woord gelaten en anderzijds als secretaris-generaal van Clean Files Tribunal. Naipal noemt mij in zijn van blinde haat doortrokken geschrift, een onruststoker uit Cueta. Wat dat mag betekenen, weet slechts Idris. Immers, naar thans blijkt, bedient deze propagandist van de VHP zich sinds kort ook van de smaad- en lastergeschriften van mensen die zich binnen afzienbare tijd onder meer voor de Surinaamse rechter zullen moeten verantwoorden. In zoveel woorden ontzegt Idris Naipal mij enige kennis over het Stellendamvonnis, zoals in Nederland tegen de heer Bouterse tot stand kwam. Hij beschuldigt mij op de stoel te willen zitten van de Nederlandse rechter en dat ik zonder legitieme gronden verklaar dat het Stellendamvonnis tegen de huidige president van de Republiek Suriname een politiek karakter heeft. Ik zal mij slechts beperken tot het citeren uit het Weekblad HP/De Tijd van 5 december 1997, waarbij hooggeplaatste vertegenwoordigers van het Openbaar Ministerie van Nederland aan het woord zijn’, aldus Roy Raymond de Miranda.
Quote uit HP/De Tijd
Een pikante vraag aan procureur-generaal Ficq van het Arrondissement Amsterdam en huidig hoofd van de procureur-generaal ad interim: ‘zijn onafhankelijke officieren van justitie nu een verlengstuk van de politiek geworden?’
Deze vraag wordt gesteld naar aanleiding van de aanwijzingsbevoegdheid van de minister van Justitie in het Wetsvoorstel over de reorganisatie van het Openbaar Ministerie, een wetsvoorstel dat naar verwachting probleemloos door de Tweede Kamer zal worden aangenomen. De bevoegdheid houdt onder meer in dat de minister aanwijzingen mag geven in individuele strafzaken en zelfs mag bepalen of er vervolgd wordt of niet.
Procureur-generaal Ficq van het Arrondissement Amsterdam en huidig hoofd van de procureurs-generaal ad interim, zegt daarover het volgende. ‘Dat is de eeuwige discussie: is het OM onderdeel van de uitvoerende macht of van de rechterlijke macht? Maar het is een schijntegenstelling. We zijn beide: het één is complementair aan het ander. We zijn géén onafhankelijke rechters, maar opereren op het snijvlak tussen bestuur en magistratuur.’
Deze exercitie was noodzakelijk om tenminste te indiceren dat het proces tegen de heer Bouterse politiek geïnspireerd schijnt te zijn en dat de distantie tussen de minister van Justitie en de magistratuur buitengewoon betrekkelijk is.
De hoofofficier van Justitie, Holthuis, verduidelijkt dat het besluit om de heer Bouterse te vervolgen in volstrekte overeenstemming met de minister van Justitie is genomen en stelt daarbij expliciet: ‘wat daarna is gebeurd, is een uitvoeringsprobleem, waarbij belangen meespeelden van buiten het strafrecht.’
‘Uit het voorgaande blijkt expressis verbis de haast malafide wijze waarop de Nederlandse Justitie misbruik makend van haar politieapparaat op haast onnavolgbare wijze politiek heeft bedreven.’
Unquote: Uit het bovenstaande relaas mag overduidelijk blijken dat de heer Idris Naipal mij wederom ten onrechte als onbetrouwbare nieuwsverstrekker neerzet. Dat de politieke propaganda in casu de verkiezingen van 25 mei 2015 grimmige vormen begint aan te nemen, is evident. Echter dienen de politici zich ervan te vergewissen dat met modder smijten een heel slecht signaal is naar de totale bevolking van Suriname toe, maar in het bijzonder de jeugd daaronder. In dit licht roep ik Idris Naipal daarom dan ook op om zijn grievende woorden in mijn richting per ommegaand te willen terugnemen’, aldus De Miranda.

error: Kopiëren mag niet!