Rationaliseren ambtenarenapparaat en onderwijs door herschikking loonlast

De president heeft bij de bekendmaking van de reshuffeling van het kabinet een belangrijke uitspraak gedaan met betrekking tot het terugbrengen van het uit zijn voegen gegroeide overheidsapparaat. Volgens hem zijn er mogelijkheden om dat aan te pakken zonder dat mensen op straat worden gezet of hun inkomen verliezen. Hierover hebben wij eerder ook onze opvatting gegeven en we zijn van oordeel dat de samenleving gevoelig moet worden gemaakt voor deze oplossing. Het terugbrengen van de overheidslast is te doen, maar met medewerking van het bedrijfsleven. De oplossing zoals kort geschetst door de president, moet genoeg dragers vinden onder de bevoegde ministers en ambtenaren en onder de ondernemingen. Deze oplossing zal ervoor zorgen dat, onder dezelfde gedeelde loonlast tussen overheid, burgers en het bedrijfsleven, veel welzijn wordt gecreëerd en dat op het sociale vlak meer bedrijvigheid ontstaat. Op den duur zal dat vertalen in een samenleving die meer gemak ervaart en minder armoede. Teveel ambtenaren zitten in Paramaribo en Wanica opgepakt op elkaar, terwijl hun krachten in hun buurten nodig is. We denken in de eerste plaats niet aan het hoger kader, maar aan het lager kader. Het rationalisatieplan van de overheid moet een publiek-privaat-partnerschap zijn, welke breed vertrouwen uitstraalt. Garanties moeten gestoeld zijn op de wet, waarbij we denken aan ontslagbescherming, inkomensgaranties en garanties met betrekking tot de sociale verzekeringen (ziektekosten, pensioen, bedrijfsongevallen, arbeidsongeschiktheid, zwangerschap). Het enige wat gevraagd moet worden aan de ambtenaren is om niet lui te zijn en in de buurt dienstbaar te zijn bij bedrijven, burgers, hulpbehoevenden en organisaties die zich bezig houden met ouderen, jongeren en mensen met een beperking. De productiviteit van de samenleving zal enorm omhoog gaan, omdat voor hetzelfde loon meer goederen en diensten zullen worden geleverd. Als het lichten van de onderwijzers uit het ambtenarenapparaat nog doorgaat, dan zal dat een enorme verlichting betekenen op de ‘public spending’. Echter moet bij dit laatste gesteld worden dat het lichten van de 11.000 onderwijzers uit het ambtenarenapparaat, wel ervoor zal zorgen dat nominaal het ambtenarenapparaat met een kwart tot 20% zal zijn verkleind, maar de loonlast niet. De manier waarop de plannen zijn gepresenteerd, dan blijft de staat de salarissen van de onderwijzers dragen. Een andere mogelijkheid is er hiervoor niet, omdat het principe van gratis universeel basisonderwijs aan alle meisjes en jongens anders in gedrang komt. Het onderwijsapparaat is niet te draaien op basis van slechts ouderbijdragen, of zou de overheid de gebruikers van de kennis van de arbeidskrachten (de bedrijven) kunnen vragen om een deel van de loonlast van de onderwijzers op zich te nemen? Technisch klopt het dat bedrijven gebruik maken van de scholing waarvoor de overheid zorgt. De bedrijven betalen de overheid terug middels belasting. Is het teveel gevraagd als het bedrijfsleven aandeelhouder wordt van de onderwijs-nv, het curriculum actief helpt bepalen en 5.500 onderwijslonen op zich neemt? Het is een optie waarover een discussie moet volgen. Als onderwijzers minimaal SRD 4.000 willen verdienen, dan kom dat neer op 22 miljoen SRD per maand aan loonlast voor de bedrijven. Als we vernemen dat er ongeveer 30.000 bedrijven zijn in Suriname, dan komt dat neer op SRD 700 per bedrijf. De loonlast kan verder gedifferentieerd worden op basis van grootte van bedrijven en verdeeld worden onder de werknemers en de ambtenaren (inclusief de hoge ambtenaren en functies) die op een gegeven moment moeten pensioneren en verzorgd moeten worden door de jongeren van wie zij de opleiding hebben helpen betalen. Wanneer bedrijven en burgers zullen bijdragen aan het onderwijs van de jongeren, zullen ze door hun bijdrage meer ownership opeisen en meer betrokken zijn in het onderwijsgebeuren. Onderwijzers zullen gemakkelijker het besef krijgen dat hun verantwoordelijkheid niet alleen is naar de staat, maar ook naar de bedrijven die in ruil kwaliteit afgeleverd zullen willen zien. Als de staat de loonlast deelt met het bedrijfsleven en de werkers in publieke en private sector, dan is de kans groot dat goed bestuur sneller op gang komt. Vanuit het onderwijs ontstaat een spin-off waarbij de hele samenleving betrokken raakt in het opbrengen van een deugdelijke generatie, die technisch begaafd is en begiftigd is met compassie als mens. Kortom, het plan van het herschikken van de inzet van de ambtenaren, het verdelen van de loonlast en het rationaliseren van de loonlast ook bij de onderwijzers, kan de Surinaamse samenleving zodanig goed doen dat we in de top 40 van de human development index en andere gerelateerde rangschikkingen komen. De politiek moet dan wel de durf hebben om de passieve samenleving tot mondige aandeelhouder te maken. De politici als mens zullen erbij gebaat zijn en moeten deze stap wel ondernemen.

error: Kopiëren mag niet!