Proficiat 145 jaar Hindostani's (deel 2)

(Onze Helden en het verval)

Nog even voortbordurend op de tegen Hindostani’s voorkomende discriminatie moge gesteld worden dat ook in de verpleging al 15 jaren opvallend weinig verpleegsters van Hindostaanse afkomst zijn in tegenstelling tot vroeger. Wordt er gediscrimineerd bij de toelating tot de Covab- opleiding of is er geen prettige samenwerkingsklimaat mogelijk waardoor sommige heel goede verpleegsters al gauw weggepest worden? Ziekenhuisdirecties zullen moeten opletten dat sommige dorpsverpleegsters, hoezeer een gediplomeerd toch onvoldoende gevoel
en discipline hebben om de zieke goed en liefdevol te verzorgen, te bewaken en plichten niet te verzaken, schuilend in de verpleegsterskamer. Dat soort verpleegsters zijn er omdat ze een baan in de verpleging wilden hebben zonder persoonlijke toegevoegde waarde. Laat de samenleving haar ervaringen vertellen en richt klachtenbureaus in met de sanctie van schorsing van minstens een maand. Op de Vice-President en de ministers Volksgezondheid, van Arbeid, en van Binnenlandse zaken wordt extra aandacht gevraagd opdat gelijke kansen op een overheidsbaan of in de ziekenzorg mogelijk wordt.
Kennis van onze wordingsgeschiedenis en van onze helden is zo bedroevend laag bij onze jongeren Niet alleen de contractarbeiders hebben ontzettend hard gewerkt in die periode op de plantages, maar het grotere werk kwam daarna om eigen grond plantklaar te maken, grenzen met de hand te graven enz. Uit India werden heel veel fruitsoorten, medicinale planten, kruiden en specerijen meegenomen in de periode 1873 tot 1916. Een ware verrijking van Suriname. En wie het Nederlands niet beheerste, kon toch wel een geleerde wijze man zijn, met veel toegevoegde waarde voor de groep en voor Suriname. Het schijnt onze jongeren anno heden bijna niet te interesseren wie zo belangrijk waren en kunnen zich niet voorstellen hoeveel baanbrekend werk toen verzet is door de immigranten, hun eerste nazaten tot en met de derde generatie. Onze jongeren willen in het heden leven maar vergeten dat de oude generaties een geweldige basis legden voor de nieuwe generaties. Zijn we ons bewust daarvan en dankbaar genoeg? Als de Hindostaanse culturele organisaties niet constant werken aan bewustwording van het eigene, dan gaat een stuk geschiedenis en cultuur verloren.
Hadden de Hindostani’s vroeger zeg maar 30-35 jaar geleden kampioenen in de denksporten als dammen en schaken, dat is allemaal helaas voorbij. Evenzeer in worstelen en cricket. De traditie van organiseren van knockout-voetbalwedstrijden op de zondag is helaas voorbij. Er is nu heel weinig kans op sport en plezier meer, omdat er luiheid en andere persoonlijke prioriteiten zijn ontstaan. Trekkers om het verval te keren en de belangstelling voor diverse sport op te voeren dus jongeren te motiveren zijn er nagenoeg niet meer. Veel van onze jongeren zijn overwegend druk met andere zaken waarvan sommige dingen het moreel verval onderstrepen! Onze geweldige ambachtsmensen en vakmannen in de bouw en constructies zoals zelfs lassers zijn zeer schaars, dito zwaarmaterieel operators. De terugval is enorm.
Behalve de helden en heldinnen uit de groep gebleven Immigranten waarvan de namen bekend zijn en filmdocumentaires zijn gemaakt, moeten we maar niet aannemen dat wij Hindostani’s heel weinig helden, en prominente sociaal culturele trekkers en grote ondernemers hebben gehad. Die raakten in het vergeetboek omdat later de namen Jagernath Lachmon en Hindorie steeds werd aangediend. Cultuurtrekkers als Bies Abhelak ,Eugene Ramdien, Rashid Pierkhan , Henry Shayadsingh , Soekhram Akkal, Albert Ramdatmisier, Shew Radhakishun, en nog enkele, ook uit Nickerie, zijn er helaas niet meer. Onder de worstelaars hebben we geweldige personen gehad, met hoogwaardig karakter zoals Ambikapersad Jhinkoerai. Die zijn ook onze helden.
Wie kent nog de superchirurg Harry Sukul? En de welbekende grootondernemer wijlen Jainarain Sohansingh met grote naam, faam en nationale, sociaal bewogen uitstraling ook naar diverse etnische groepen, die tevens een grote bijdrage leverde aan de emancipatorische overschakeling en integratie van aftaaiende landbouwers naar bus en vrachttransport, grondverzet en industrie, enz. tot 1980.
Al enkele decennia na 1980 kennen we andere hele grote ondernemers als Manglie, Baitali, Kuldipsingh, en Shyam Guptar die op zijn persconferentie zei, 40 bedrijven te hebben gehad. Ook is er de succesvolle heer Dilip Sardjoe die 28 bedrijven zou hebben. Deze ondernemers hebben de partijpolitiek gediend en waren prominente sponsors van hun politieke partij en daardoor beschermd en bevoorrecht. Niet te ontkennen! Maar welke ondernemers daaruit zijn discutabel, bevlekt en niet integer? Het Volk moet maar zelf vertellen. Eddy Jharap was geen particuliere ondernemer met eigen bedrijf en eigen kapitaal. Aardolie was en is nog steeds het meest verhandelde product ter wereld. Met de enorme opbrengsten koop je alle soorten management en technologie. Toen een interviewer deze Jharap eens in een documentaire “vlag en rimpel” vroeg of hij zich trots voelde om Staatsolie mede van de grond te helpen brengen als Hindostaan, zei Jharap : “nou nee, ik ben trots als Surinamer” (niet alleen Jharap was de grondlegger maar ook wijlen de heer Ir. R.Van Romondt, een andere Surinamer. Die naam wordt helaas nooit genoemd. Heel vreemd.)
Laten we kijken naar de vele jonge ondernemers onder onze Hindostani’s in Suriname. Dan zien we een zeer bedroevend beeld van vele jonge hit en run- figuren, voorts ook matige tot heel slechte dienstverleners, en zelfs sommige oplichters. De klant is al lang niet meer koning en vele jonge ondernemers en andere dienstverleners houden zich zo vaak niet aan gemaakte afspraken in zaken doen, of het is in dienstverlening of aftersale. Je wordt grandioos belazerd en men is niet attent om verhindering op tijd te melden. En ze schamen zich ook niet meer om “drei ai” te liegen. We kijken naar de vele cellshops, en securitycamerabedrijfjes en installateurs. Veel gaat met misleiding of zonder enig geduld en gepast respect gepaard.
En opvallend is dat onze jongedames in particuliere bedrijven ongeduldig tot grof kunnen zijn. Want men heeft zoveel andere prive afspraken en spring aan het hoofd. Dus lijden ze vrij snel aan concentratieverlies en willen nauwelijks een beetje verantwoordelijkheid dragen. Hindostani’s , wat gaan we daar tegen doen? Laten we alvast hopen dat de hindostani radio en tv-station directies vrijwel dagelijks 5 minuten in de vooravond de vinger op de wonde leggen en zaken corrigeren. Want we zijn bezig de goede naam in keurig en ethisch en correct zakendoen snel te verliezen. Het ligt aan de onzen. Sommige jonge ondernemers zijn dol op entertainment en showbizz en de vele “Promotions” en hebben elke maand shows en dancings. Massagesalons nemen toe. Maar wat kopen we daar uiteindelijk mee?
De heren bouwen hun netwerken op of breiden het uit. Drugs en alcoholgebruik nemen ook toe. Jammer. Maar wie gaan helpen het verval dat met de tijd groter wordt, te keren, want het goede imago van werkzaamheid, discipline en betrouwbaarheid van onze Hindostani’s wordt door een kwaadaardig deel ernstig geschaad. Dat is ons aller verantwoordelijkheid. Hopelijk helpen de VHP en de Priesterraden mee. Een Shubh Apravasi Divas toegewenst aan allen.
Drs. Maltie Jagnanan

error: Kopiëren mag niet!