Populisme in Suriname: een gevalsbeschrijving

‘A no toffeeee wo meki, ma osoooo!’ De fabriek gaat geen toffee maken maar 18.000 huizen. Gejoel en instemming van het enthousiaste publiek. Mooi om te zien hoe de volkspresident met zijn optreden en danspasjes op een directe, simpele manier contact weet te maken met de mensen en hun noden begrijpt. Dit hoort bij de democratie.
En nu de donkere kant. De mensen weten nog niet (voor de verkiezingen van 2015) dat de schatkist leeg is en dat ze worden belazerd. Er zal niets terechtkomen van de eenvoudige oplossingen voor de grote problemen in het land. Het beloofde paradijs dat snel zou komen is voor velen een hel geworden. Dit is vaak de uitkomst van het zogenoemde populisme. Het is een wereldwijd verschijnsel dat zich in Suriname op een bijzondere manier heeft geopenbaard. In westerse landen is het populisme in de kern gericht tegen immigratie en diversiteit, met racistische ondertonen. In Suriname gaat het om een raar mengsel van diefstal, straffeloosheid, (etnisch)nationalisme en halfbakken socialisme.
De Surinaamse politiek is altijd populistisch geweest, meer gebaseerd op personen dan op ideeën. Daarom heeft het land het sinds de onafhankelijkheid niet goed gedaan. Maar in 2010 is het populisme helemaal opgebloeid. De regering die toen aantrad was niet de eerste populistische regering, maar wel de eerste volledig populistische regering. Het ging niet meer alleen om vriendjespolitiek en gunstbetoon. De populistische leider daalde neer als door God gezonden en begon meteen alle instituten kapot te slaan die hinderlijk tussen hem en het volk stonden. Of ze werden net als de staatsbedrijven bemenst met loyalisten om meer controle over ze te krijgen en de volgende verkiezingen veilig te stellen. De loyalisten werden frequent vervangen, zodat ze om de beurt hun ‘nyan’ konden pakken. De gevolgen zijn rampzalig voor de economie. Er is ongecontroleerd geld uitgegeven en toen de schatkist leeg was ontstond een leenwoede als nooit tevoren. Miljarden aan inkomsten en reserves zijn verdampt en de staatsschuld heeft haar historische piek bereikt, zonder dat de massa er beter van is geworden. Niemand is gestraft voor dit prutswerk. De knoeiers behoren nu tot de elite. Ze houden de massa in bedwang met angst en voedselpakketten. Er is vrije meningsuiting – het is geen 1982 meer – maar wat je zegt kan je brodeloos maken. Sinds 2010 heeft de democratie een fascistisch randje gekregen met de verheerlijking van een gecorrumpeerde leider in een commandostructuur in een nationale autoritaire partij en een poppenkastparlement. Ook werd Suriname in tweeën gespleten door de aanname van de zelfamnestiewet in 2012 in een poging om het Decembermoordenproces te stoppen.
Terzijde: door de hoge staatsschuld is de toekomst van de jeugd onzekerder geworden. Voor elk kind kan 40.000 SRD minder worden ingezet voor opleiding en gezondheid. Ze zullen moeilijker hun volwassen leven kunnen beginnen met het kopen van een perceel en het bouwen van een huis om het ouderlijk huis te verlaten. Het populistische staatshoofd zei grijnzend in zijn jaarrede: “voorzitter, we can do the job!” “F-ck-you, you can’t”, was een reactie op social media. Je kan niet doen alsof alle mensen imbecielen zijn, hun salaris is meer dan vijftig procent in waarde gedaald sinds jij aan je job begon. Je zou een toontje lager moeten zingen en zeggen: “voorzitter, sorry, we’ll see if others can do better!”.
De populisten renden met hun evangelisch vuur achter de donkere massa aan – donker in de zin van niet verlicht – die zich in de steek gelaten voelde door de ‘oude’ politiek, praatten haar naar de mond en bedwelmden haar met hysterische beloften. De massa (arm, laagopgeleid en werkloos) kwam niet op het idee om te vragen hoe de uitgekraamde onzin over treinen, diepzeehavens, voedselschuren, vierbaanswegen, Dubai en dergelijke zou worden uitgevoerd, laat staan betaald. Het was allemaal lokaas om de vissen aan de haak te slaan. De werkelijkheid werd versimpeld: er is maar één vijand van het volk, dat zijn niet de drugshandelaren, de grootverdieners die belasting ontduiken, de van criminaliteit verdachte figuren in de eigen partij, de grondrovers en de illegale gouddelvers, nee, het is de voormalige kolonisator, de deugdzame politicus of de deskundige die hun wilde plannen doorrekent en doorziet. Wie op de populisten stemt komt daarom altijd bedrogen uit. Men komt er te laat achter dat men om de tuin is geleid door de babbeldieven.
Experts hadden in 2010 voorspeld dat de populistische leider niet gekwalificeerd was voor de job van president – je kan je dan voorstellen dat de volkspresident experts en wetenschappers minacht -, maar dankzij de collaborateurs – om het cru te zeggen – ABOP en PL werd hij toch gekozen. De opkomst van de populisten heeft de democratie op een aantal manieren beschadigd. In willekeurige volgorde:
Ten eerste, de kwaliteit van DNA is achteruitgegaan. Er zijn meer personen in het parlement gekomen die de maandelijkse ‘schadeloosstelling’ van 22.000 SRD nooit op eigen kracht (op grond van opleiding, talent en prestaties) zouden hebben verdiend. Het is ook een voorbeeld van hoe onder de populisten het gat tussen rijk en arm groter is geworden.
Ten tweede, devaluatie staat getatoeëerd in het DNA (erfelijk materiaal) van de populistische leider en in De Nationale Assemblee (DNA) als hij aan de macht is. De populistische leider gaat niet in debat met degene die het niet eens is met zijn beleid – in een democratie is dit juist de kern van de politiek – zodat burgers dan zelf hun mening kunnen vormen en partij kiezen; hij loopt weg voor het debat.
Ten derde, de populisten geven de kiezers het idee dat ze direct meeregeren, maar ze hebben een grondige hekel aan inspraak. Besluiten worden in het geheim genomen en zonder overleg of respect voor procedures doorgedrukt en bij chaos en onrust wordt snel lapwerk verricht.
Ten vierde, de populisten varen een onvoorspelbare zigzagkoers om niet in een cel in Santo Boma te eindigen.
Andere eigenaardigheden van de populisten. Ze houden niet van moraal (want dat kan je niet eten, zeggen ze). Gevolg: toename van bandeloosheid, criminaliteit, drugshandel, corruptie, hoererij, goklust en luiheid. Ze gedogen alles als het hen goed uitkomt (‘zand erover’) en doen aan borstklopperij (‘we hebben 26 zetels’). Ze tolereren valsspelers, omdat ze zelf vals spelen (staatsgrepen, decembermoorden verdachten, drugshandel, zelfamnestie, corruptieschandalen, politieke inbraken en andere onbekende feiten). Overigens doen ze graag een beroep op de jeugd die geen interesse heeft in de historische feiten. Tegen valspelers in eigen kring wordt niet hard opgetreden, ze krijgen juist mooie posities. De kruistocht tegen corruptie is een kruistocht VOOR corruptie geworden, ondanks de deelname van DOE. Hard wordt wel opgetreden tegen partijleden die commando’s niet opvolgen en kritiek hebben en de vrije pers te woord staan. In die richting wordt het land ook gedreven. Tegenstanders die zich niet laten intimideren probeert men krom en corrupt te laten zijn, zoals enkele maanden geleden toen de vertrekkende directeur van een bank werd beschuldigd van onterecht geinde gelden, nadat hij had beweerd dat er nog steeds sprake was van monetaire financiering in Suriname. Een andere gekheid van de populisten is dat ze vinden dat alleen zij ‘echte’ Surinamers zijn. Maar hun nationalisme is vals en bekrompen als je ziet hoe ze steeds erin slagen zichzelf te verrijken en hun kiezers behoeftiger te maken.
Het is niet vanzelfsprekend dat de schade van het populisme van 2010 en 2015 het populisme in 2020 zal temperen. De massa is goedgelovig. Je kan kinderen wijs maken dat Sinterklaas echt bestaat en met een zak vol cadeautjes op zijn paardje op de daken rijdt. De massa kan van alles worden wijsgemaakt, vooral als ze wordt afgeleid door uiterlijk vertoon. De populisten houden van mooie, loze woorden over cultuur, geloof, traditie en etniciteit om te laten zien dat ze beter zijn dan anderen. Als ze hun zin krijgen schaffen ze alle koloniale namen af en ook de Nederlands taal – om het te vervangen door een taal die voor begrippen als rechtsstaat, goed bestuur en verantwoordelijkheid geen woorden heeft? Alles onder het mom van nationalisme om verder te kunnen grabbelen.
De economie is nu gestabiliseerd, maar dat is meer geluk dan wijsheid. Er is nog geen sprake van herstel. Als de grondstofprijzen dalen, kleurt de ellende weer dieppaars. De populisten zijn oude wijn in nieuwe zakken. Ze hebben het ‘koloniaal’ systeem overgenomen en de zwakheden ervan een graadje erger gemaakt.
D. Balraadjsing

error: Kopiëren mag niet!