Ondeskundigheid regering kost Suriname meer dan 400 miljoen US dollar

Ondeskundigheid regering kost Suriname meer dan 400 miljoen US Dollars (1)De politieke partij VHP hield zaterdag een bijeenkomst, waarbij na gedegen onderzoek door deskundigen een rapport is overhandigd aan Chan Santokhi om de bevindingen voor te leggen aan het voltallig parlement om het nationaal belang van Suriname te behartigen, nu het nog kan. De Brokopondo Overeenkomst, die vol met waarborgen zit om Suriname te beschermen, is nu nog geldig, maar juist deze overeenkomst staat op de schop. Met de presentatie genaamd ‘Ondeskundigheid van de regering kost Suriname meer dan 400 miljoen US dollars’, gaven de VHP-deskundigen aan dat de nieuwe afspraken vanuit het belang van Alcoa/Suralco gemaakt lijken te zijn, waarbij Suriname eerder bakzeil dan voordeel haalt.
In 2015 heeft Alcoa/Suralco haar activiteiten in Suriname beëindigd. Een memorandum of understanding (MOU) tussen de Staat Suriname en Alcoa/Suralco werd ter zake door de DNA verworpen. De regering heeft toch door onderhandeld op basis van voorgaande MOU en besluiten genomen, waarbij is voorbijgegaan aan aanbevelingen van de DNA. In dit kader is de regering eveneens overeenkomsten aangegaan met Alcoa/Suralco, waarin de belangen van Suriname niet zijn beschermd. Deze overeenkomsten liggen thans ter beoordeling van De Nationale Assemblee.
De indruk is dat bij de onderhandelingen, de onderhandelingscommissie als een reddende engel voor Alcoa/Suralco heeft opgetreden, waarbij Suriname als benadeelde partij uit de bus komt. Suriname wordt beladen met vele risico’s, met niet onderbouwde en niet doorgerekende, niet vaststaande schulden en verplichtingen. Ook wordt Suriname opgezadeld met de kosten voor onderhoud en vervanging van de Dam, met verlies van doorwerkende bepalingen van de BO. Beperkte milieusaneringen en verplichte stroomlevering tegen lage hydroprijs zijn enkele andere gevolgen voor ons land, terwijl er geen enkel vooruitzicht is op de continuering van de bauxiet-industrie. Deze nieuwe deal van de regering heeft ook tot gevolg dat Alcoa als borg voor de verplichtingen van Suralco uit de BO verloren gaat.
Al deze negatieve gevolgen voor Suriname hebben er in 2015 toe geleid dat de DNA deze MOU dan ook unaniem heeft verworpen. Een korte terugblik leert dat de Brokopondo Overeenkomst (BO) is getekend in 1958 tussen Suriname en Alcoa voor 75 jaar (1958-2033). Het doel was om daarbij een WKW (De DAM) te bouwen. Volgens de overeenkomst moest Suralco dat doen voor de opwekking van energie voor de productie van aluminium.
Nieuwe afspraken
Ondertussen liggen er nieuwe afspraken tussen de regering en Alcoa/Suralco. De Afobaka stuwdam behoort per 31 december aan Suriname. Volgens de BO is Alcoa/Suralco gehouden de Dam in goed functionerende staat conform afspraak uit 1958 op te leveren. Maar nu deze BO op de schopstoel zit, krijgt Suriname de Dam in de staat waarin deze verkeert.
Het onderstation dat zorgt voor stroom naar Paramaribo blijft eigendom van Suralco in deze nieuwe deal. Radjkoemar Randjietsingh sprak van gijzeling van onze stroom. Als klap op de vuurpijl is Suriname verplicht 10 jaar lang stroom onder de normale prijs aan Suralco te leveren terwijl Suralco dit recht ook aan een ander bedrijf mag overdragen. In mei 2014 deelde Alcoa mee de haar aluinaardebedrijf te zullen verminderen. In juni werd een onderhandelingscommissie (OHC) benoemd door de president, die binnen 3 maanden een MOU voor de regering heeft onderhandeld, waarbij gekozen is voor de optie om de bauxietmining en aluinaardeproductie te beëindigen. De keus viel daarmee niet op de andere optie, namelijk overname van de industrie.
Intrekking MOU, toch voortzetting onderhandelingen
In november 2015 maakte de president het besluit van de regering bekend om de MOU in te trekken. Kort daarop gaf de voltallige DNA aanbevelingen ten aanzien van de stopzetting van de aluminium- en aluinaardeproductie. Ondanks de intrekking van de MOU en de aanbevelingen van DNA werden de onderhandelingen met Alcoa/Suralco toch voortgezet op basis van dezelfde MOU. De onderhandelingen werden in 2018 afgerond zonder de aanbevelingen van het parlement. Een aantal conceptovereenkomsten zijn eveneens het resultaat van deze onderhandelingen.
Parlement aan zet
De interessante situatie is of het parlement goedkeuring zal geven aan het resultaat, aangezien de onderhandelingen verder zijn gegaan na intrekking van de MOU en zonder dat de aanbevelingen van het parlement zijn meegenomen. Ook een machtigingswet wacht nog op goedkeuring van het parlement. Tijdens de presentatie van de VHP kwam naar voren dat volgens de voorzitter van de OHC de regering is uitgegaan van de overwegingen en constateringen dat in de Brokopondo Overeenkomst een uitdrukkelijk recht aan Suriname, om de BO te ontbinden bij beëindiging van alle activiteiten door Suralco ontbreekt. De VHP stelt dat dit onjuist is.
Andere uitgangspunten die de regering hanteert, zijn dat in de BO de verplichting van Suralco tot het handhaven van een geïntegreerde aluminiumindustrie tot 2033 ontbreekt. Het volgende dat zou ontbreken, is dat er geen regeling is voor teruggave van de DAM voor 2033. Ook zou volgens de regering de bevoegdheid voor Suriname ontbreken dat Suriname de BO vroegtijdig kan beëindigen indien Suralco haar verplichtingen uit de BO schendt. Tenslotte zou er geen sprake zijn van wanprestatie aan de kant van Suralco voor het vroegtijdig stopzetten van de activiteiten door Suralco.
Deze overwegingen zijn naar de mening van de VHP volstrekt onjuist en de partij is van oordeel dat in strijd met letter en geest van de BO wordt gehandeld. De partij stelt dat de regering heeft onderhandeld en besluiten heeft genomen op basis van wat in de BO ontbreekt, terwijl de regering naar het oordeel van VHP had moeten uitgaan van wat wel geregeld is in de BO. Rajkoemar Randjietsingh zei in zijn betoog dat bij de uitvoering van elke overeenkomst primair wordt gekeken naar wat in een overeenkomst staat en niet wat daarin ontbreekt. Ook is ons burgerlijk recht helder ten aanzien van de wanprestatie van Suralco ten opzichte van Suriname, aangezien het bedrijf duidelijke verplichtingen heeft uit de BO. Deze verplichtingen houden onder meer in het opwekken van stroom uit een WKW voor een bauxietindustrie voor de duur van 75 jaar. De vroegtijdige terugtrekking van Suralco levert wel degelijk een wanprestatie op jegens Suriname. Bovendien stelt de VHP dat het onjuist is te stellen dat het bedrijf geen verplichting heeft in de BO om voor continuering van de bauxietindustrie te zorgen tot 2033.
Tijdens de presentatie concludeerde de VHP dat de regering Alcoa/Suralco gewoon heeft gevolgd en in strijd met de BO, in strijd met de aanbevelingen van DNA en in strijd met de belangen van het land en volk heeft gehandeld. Door deze handelingen wordt 412 miljoen USD cadeau gegeven aan Suralco ten koste van het volk. “Zelfs in een bacovewinkel zijn er regels”, sneerde Randjietsingh.
RB

error: Kopiëren mag niet!