Oliedeal met buren een kans

Olie zal voor de korte en middellange periode nog een belangrijke rol blijven vervullen op de wereldmarkt. Suriname is nog geen groot aardolieland, maar onze inkomsten en besparingen zijn voor een deel afhankelijk van de olieproductie en –raffinage en de olie-inkomsten. We hebben een zeer kleine industrie, waardoor wij overall als economie weinig profiteren van lage olieprijzen bij onze exportproductie. Onze economie heeft nu dus meer baat bij hoge dan lage aardolieprijzen. Hoge prijzen hebben ook een invloed aan de brandstofpomp, en dat heeft wel een impact op het transport van goederen. De burgers die auto’s besturen, die moeten bij een hoge prijs keuzes maken. Overall hebben we meer baat bij hoge olieprijzen. Voor de kust van Suriname wordt er met zekerheid gezegd dat olievoorraden voorkomen, alleen kunnen bedrijven die exploratie-overeenkomsten hebben er niet op stuiten. Intussen is er een raffinaderij gebouwd in Suriname. In ons buurland heeft met de jackpot offshore twee keer geraakt. Olie ontdekken is echter een ding en het winnen van de olie een andere. Hoe meer men de capaciteit (technisch/financieel) niet heeft om de olie naar boven te halen, hoe minder men ervan zal overhouden. Aardolie komt in zowel Suriname al in Guyana voor, maar onze aardoliesector heeft meer de neiging gehad om zich te ontwikkelen in de richting van een industrie. Zo hebben wij een raffinaderij en Guyana niet. Guyana zal naar het schijnt wel een verhoging in de staatsinkomsten zien, maar niet veel overhouden aan de olievoorraden voor hun kust. De ‘revenues’ uit de aardoliewinning gaan ze moeten delen met vele participanten, de spoeling zal dunner worden. Nu is er een mogelijkheid dat Staatsolie mee kan liften van de vondsten in Guyana. Het komt nu neer op onderhandelingen, want Trinidad is ook een optie. De olie heeft misschien een iets kortere weg over water naar Suriname dan Trinidad. Bovendien moet het bij deze laatste route door ‘vijandelijke’ Venezolaanse wateren. Een pijpleiding is ook mogelijk naar Suriname. Deze aangelegenheid moet onderdeel van gesprek zijn van de gemengde commissie Suriname-Guyana, die lange tijd nu weer bij elkaar is gekomen. Het is politiek moeilijk om een algemene commissie die alle issues bestrijkt in werking te hebben, omdat op het punt van Tigri de landen officieel lijnrecht tegenover elkaar staan. Het zou goed zijn als de landen wat betreft de oliesamenwerking een aparte commissie in het leven roepen die specifiek naar de oliezaken kijkt. Door de Guyanese autoriteiten is daags terug een uitspraak gedaan dat de raffinage van de olie op Trinidad of in Suriname kan geschieden. Daarmee zeggen de Guyanese autoriteiten dat ze opties hebben. Suriname heeft enkele voordelen op Trinidad. De afstand is kleiner en Guyanezen worden hier niet met de nek aangekeken, in tegenstelling tot Trinidad en enkele andere landen waar de buren graag naartoe gaan om te werken en klagen over de behandeling. Een minpunt is het grensgeschil. Door Exxon Mobil Corp en partnerbedrijven is tussen de 800 miljoen en 1.4 miljard barrels olie gevonden voor de kust van Guyana. De productie van de olie wordt verwacht in 2020. De autoriteiten geven aan dat ze al gesprekken hebben gevoerd met de autoriteiten van Trinidad and Tobago. Dit land heeft een tekort aan aardolie om te verwerken in de raffinaderij en zou om op volle toeren te draaien olie importeren uit Nigeria. De Guyanezen geven aan dat ook Suriname de Guyanese olie kan verwerken omdat ook onze raffinaderij niet op volle toeren kan draaien. Het voordeel dat wij hebben is dat wij geen lopende olie-importdeal met andere landen hebben en Trinidad wel. De Guyanezen geven aan dat ze in overweging hebben in hoeverre het economisch haalbaar is om een eigen raffinaderij op te zetten.
Venezuela leverde eerder olie voor de raffinaderij van Trinidad, maar dat is opgehouden door problemen in Venezuela. Opmerkelijk hier is wel dat de afstand tussen Venezuela en Trinidad veel kleiner is. De samenwerking tussen Suriname en Guyana, twee landen die samen in de OIC en Unasur zitten, zou van waarde kunnen zijn voor de output en productiviteit van de Surinaamse raffinaderij. Het opzetten van deze raffinaderij heeft meer gekost dan aanvankelijk begroot, maar is nu wel operationeel. De raffinaderij draait beneden haar potentie, maar dat kan veranderen als we olie offshore vinden en dat ook in onze raffinaderij verwerken. Zover is het nog niet. In de tussentijd kan een win-winsituatie gecreëerd worden in een deal met de westerburen. Dit alles zal afhangen van de economische diplomatie en de slagvaardigheid van onze eigen regering en Staatsolie zelf.

error: Kopiëren mag niet!