Wat een pronkstuk moest zijn van de NDP bij haar aantreden in de regeermacht in 2010, is tot een complete poespas gemaakt. Het was bij de verkiezingscampagne een topissue, ook nadat het ministerie werd ingesteld door de regering Bouterse 1. Jonge parlementariërs van de paarse kant, onder andere Hopkinson, gebruikten het instellen van dit ministerie om de vorige regeringen af te slachten dat ze de jeugd niet belangrijk vonden. Maar na ruim 7,5 jaar kan ik zeggen dat dit ministerie van Sport- en Jeugdzaken (S&J) eentje is geworden waar vriendjespolitiek hoogtij viert, nepotisme ten top, zelfverheerlijking en -verrijking door opeenvolgende bewindslieden en accommoderen van de partijjongeren. Het begon met Paul Abena (Seeka/A Combinatie), daarna kwam Ismanto Adna (KTPI Nieuwe Stijl), toen Faizal Abdoelgafoer (NDP) en daarna Joan Dogojo (NDP). Geen van ze heeft het nut van het ministerie bewezen. Dat kwam door gebrek aan ontwikkelingsvisie op sport- en jeugdgebied, maar meer nog omdat dit ministerie ook door de president nooit serieus is genomen. Het was meer een speeltje voor de todo prasoro partijen binnen de coalitie en de NDP jongeren. “Ga, je hebt een begroting en doe maar wat je wil.” Dit, terwijl sport de enige sector is die ons land keer op keer op de wereldkaart plaats. Een Anthony Nesty, Letitia Vriesde, Miguel van Assen, noem maar op. Zijn we al tevreden met deze weinige toppers, of willen we meer toppers produceren. Dat moest het beleid zijn van zo’n ministerie van down to top. Maar dan moet je de juiste person op de juiste plaats zetten.
Abena kwam op dit ministerie, omdat A Combinatie Bouterse aan de macht had geholpen bij de verkiezing van de president in de DNA. Abena gaf veel financiële steun aan instanties en organisaties die bemand werden door mensen uit het binnenland, of afkomstig waren uit het binnenland. Of je moest goed bevriend zijn met hem. Je kreeg een geldinjectie van SRD 10.000. Toen met een koers van SRD 3,35 zo’n US$ 3.000. Abena hield niet lang vol en werd gereshuffled, omdat hij de belangen van de NDP jongeren niet goed genoeg behartigde. De president wou toen iemand uit de paarse gelederen daar plaatsen, maar zwichtte onder druk van de KTPI Nieuwe Stijl. Niet dat Oesman Wangsabesari per se dit ministerie onder zijn bewind wilde hebben, maar hij wilde tenminste een ministerie als coalitiepartner. Uiteindelijk werd hem dan het speeltje Sport- en Jeugdzaken aangeboden. Ismanto Adna, topper van KTPI Nieuwe Stijl, werd de minister. Iemand uit de financiële wereld, die niets van sport- of jeugdmanagement weet. In zeker 3 jaar hebben Adna en Wangsa een mooi plan bedacht en ook uitgevoerd. Zand en brushcutters verdelen aan een aantal sportorganisaties in stad en district. Voor bijna een miljoen SRD zouden 49 sportorganisaties in aanmerking komen hiervoor. Frappant was dat het zand zelf geleverd zou worden door Wangsabesari, althans de eenmansstichting voorgezeten door hem, Stichting Trojour. De brushcutters werden geleverd door een beleidsadviseur op Sport- en Jeugdzaken, die eigenaar moest zijn van Diwo Parts, een niet bekende onderneming toen bij KKF. Wangsabesari reserveerde ook SRD 74.000 voor zijn vrouw, die op papier consultancywerd had gedaan voor Sportzaken. Adna hield het vol tot einde van de rit in 2015. Bij de verkiezing in 2015 stond hij op de lijst bij de NDP in Wanica, maar zoals verwacht haalde hij het niet.
Na de verkiezing van 2015 nam de NDP het koninkrijk over. Faizel Abdoelgafoer, de trekker van de NDP jongeren, mocht gaan spelen, vermorsen en dromen op dit ministerie. Een complex met 5 open zalen, internationaal atletiekbaan te Powakka, Olympisch zwembad, sportcentra in volksbuurten, een sportcongres, meerjarenontwikkelingsplannen voor alle sportbonden en nog zoveel andere beloftes. Volgens Faizel was de financiering van al deze projecten rond, want de minister van Financiën had zijn goedkeuring al gegeven. Eindstand: niets. Waarom? Hij was bezig om te doen wat Abena en Adna niet hadden gedaan. Dat is het accommoderen van zijn doelgroep als leider van de NDP jongeren, ze zoethouden met een balletje, truitje en of soms ook een grasmaaier. En dat alles voor de achterban in de zogenaamde volksbuurten als Latour, Sophia’s Lust, Abra Broki, Van Dijk, Flora enz. Een echt sport- of jeugdbeleid had hij niet. Of kwam daar niet aan toe. Of het was niet eens nodig. Halverwege de rit verving Bouterse deze zwakke schakel met nog een zwakkere schakel, Joan Dogojo. Ze stichtte een eigen koninkrijk op het ministerie, kreeg meteen ruzie met aantal belangrijke exponenten, waaronder de directeur Sportzaken. Dogojo kan als de slechtste minister ooit op dit ministerie genoemd worden. Vrijwel niets heeft ze gedaan, dan alleen het vertonen van sterallures en het accommoderen van nog meer paarse jongeren rondom haar. Ook zei is een zwakke schakel die vervangen wordt door de president.
Maar wie komt nu aan de macht op S&J? Vernomen wordt Lalinie Gopal, een jongedame met een masterstudie die al op het ministerie heeft gewerkt als beleidsadviseur, maar daarna de overstap maakte naar het kabinet van de president. Je kunt zeggen ‘ik geef haar het voordeel van de twijfel’. Misschien op het gebied van jeugdzaken. Maar ik ben zeker dat ze niets zal bakken op et gebied van sportzaken. Daar moet je kennis hebben van de sportwereld, sportmanagement en zelf de klappen van de zweep al gevoeld hebben, zij het actief of op bestuurlijk gebied. Dus de stelling dat de NDP sport wil ontwikkelen middels een ministerie, is een regelrechte farce. Dat hebben ze nooit willen doen, gezien de personen die als ministers hebben gefungeerd. Ik zou de president hierbij willen voorstellen om de beste kandidaat te benoemen op Sport- en Jeugdzaken. En er is een persoon. Hij komt al uit het paarse kamp, dus politiek gezien ook correct. Hij was al jaren bezig met sportmanagement op het hoogste niveau via het Surinaams Olympisch Comité (SOC), hij is al beleidsadviseur op S&J, hij heeft geen onderzoek, studie of enquête nodig om aan de slag te gaan. President, benoem hem op 4 april en de sportwereld zal blij zijn. Oscar Brandon is de naam.
Sew Rattan
