Miskenning duurt voort

Wanneer wij wereldwijd op 25 maart 2017 stilstonden bij de belangrijke dag van herdenking van de slachtoffers van slavernij en de Trans-Atlantische slavenhandel, konden we het niet nalaten om verbanden te leggen met de ramp die zich voltrekt in het Nederlandse voetbal met name het nationale elftal. Deze dag is van belang, ook voor Suriname en het Caribisch gebied. De slavernij en de slavenhandel duurde voor meer dan 400 jaren. In deze periode zijn 15 miljoen mannen, vrouwen en kinderen slachtoffer geworden van de Trans-Atlantische slavenhandel. Deze periode wordt gekenmerkt als een van de zwartste bladzijden uit de geschiedenis van de mensheid. In deze periode is de basis gelegd voor de welvaart waarvan de West-Europese landen, waaronder Nederland, nu profiteren. De Afrikanen zijn op verschillende continenten uitgebuit. De welvaart die West-Europese landen nu ervaren, is te verklaren door de slavenarbeid. In Suriname en ook in het Caribisch gebied is het concept van de ‘reparations’ eerst met scepsis ontvangen. Het eisen van compensatie voor onbetaalde arbeid en uitbuiting, werd als een vernedering ervaren. Door de econoom Armand Zunder werd een indrukwekkend werk gepubliceerd enkele jaren terug, waarin hij de slavernij en de uitbuiting in perspectief plaatste. Hij maakte de bedrijven en de winsten zichtbaar en noemde het kind bij naam. Uit zijn werk blijkt dat het Nederlandse/Amsterdamse bedrijfsleven, en daarmee de Nederlandse fiscus en economie, de grootste profiteurs waren van de slavenarbeid in Suriname. De slaveneigenaren hebben de kracht van de slaven en de potentie van Suriname uitgezogen en alles verplaatst naar Amsterdam. Het indrukwekkende werk van Zunder heeft mede ertoe geleid dat men anders, met een wetenschappelijke en zakelijke blik, naar de kwestie van de herstelbetalingen is gaan kijken. Scepsis sloeg om in politieke wil om de zaak op de regionale agenda te zetten. De kwestie van de reparations is inmiddels beland op de agenda van de Staatshoofden van de Caricom. Er is een nationale commissie voor reparaties ingesteld die nationaal de zaak moet voorbereiden en met counterparts in het de regio zaken moet doen. Er zijn niet veel vorderingen te merken op dit stuk, ondanks er ruimte is om de zaak in het kader van ontwikkelingsperspectief te plaatsen. De nakomelingen van de slaven vormen in het Caribisch gebied de grote groepen in de verschillende landen, ook in Suriname. Deze bevolkingsgroepen hebben in sommige gevallen een ontwikkelingsachterstand op de rest van de bevolking. Deze achterstand heeft te maken met economische weerbaarheid en vindt zijn oorsprong in de wijze waarop de politiek en politieke partijen met wortels in die groepen, keuzes hebben gemaakt. De overall problemen die deze groepen ervaren (werkgelegenheid, onderwijs, ondernemerschap, criminaliteit, gezondheidszorg) behoren tot de overall problemen van die landen. De reparations dienen in de eerste plaats vorm te krijgen door investeringen in deze sectoren. We denken aan ziekenhuizen en vorming van nationaal medisch kader, onderwijs en vernieuwing van het curriculum inclusief de deconcentratie naar het binnenland, bevorderen van duurzaam ondernemerschap en preventieve programma’s die de cultuuruitingen transformeren naar positieve activiteiten. De reparations moeten door de Caribische landen harder aangepakt worden in het kader van bijvoorbeeld Caricom-EU onderhandelingen. In de verschillende samenlevingen waarin de afstammelingen van de slaven uiteindelijk ook belandden, zoals Nederland, ervaren ze nu marginalisatie en discriminatie. Deze groepen krijgen geen eerlijke kans en krijgen ze de ruimte niet om zichzelf te zijn. Dit onderscheid kan aangeduid worden als racisme. Een duidelijk voorbeeld is in het Nederlandse elftal. De hoogte prestaties die het Nederlandse elftal heeft bereikt, is dankzij de afstammeling van de slaven die de Nederlanders naar Suriname brachten. In 2007 was het de laatste keer dat Nederland een voetbalhoogtepunt meemaakte, namelijk toen het team onder 21 Europees kampioen werd met een hele contingent jongens van Surinaamse origine. Na de overwinning kregen deze jonge voetballers die barstten van het talent vlaggen van Suriname en van Nederland aangereikt. Ze zwaaiden flink met alle twee vlaggen en dat werd hen niet in dank afgenomen. Zij hadden het recht niet om een eerbetoon te maken aan hun roots en aan hun identiteit. Er was zelfs heibel in de Tweede Kamer. Vanaf dat moment werd racisme in het Nederlandse elftal geïnternaliseerd en is het een stilzwijgende afspraak. Oranje gaat nu gebukt onder het racisme. Het gezicht van het racisme in het Nederlandse voetbal is de voetbalgrootheid Clarence Seedorf. In het elftal dat op kinderlijke wijze van Bulgarije (WK-kwalificatie) verloor was er geen plaats voor toppers als Eljiro Elia, Jethro Willems, Sergio van Dijk, Geffrey Bruma, Leroy Fer, Luciano Narsingh, Ryan Koolwijk, Gregory van der Wiel, Kelvin Leerdam, Quincy Promes en Jeremain Lens (reserve). De West-Europese landen en ook de USA moeten deze dag stevig op hun nationale kalender neerzetten en het maken tot een nationale vrije dag.

error: Kopiëren mag niet!