Maatregelen Isis-gangers noodzakelijk

In de Trinidadiaanse media verscheen enkele weken geleden het nieuws dat 4 burgers van het Caribische eiland vast zaten in Turkije, omdat ze gepost zouden zijn als soldaten van een terroristische groep die zich Isis noemt. Toen verscheen in de krant dat het aantal Trinidadianen dat nog meevocht in de buurt van 20 ligt en dat de Trinidadiaanse regering aan het overwegen was om de terugkomst van deze mannen te verhinderen op het eiland. De reden laat zich niet moeilijk raden. Op Trinidad worden er heel veel moorden gepleegd, ook vrouwen en kinderen worden daar slachtoffer van. Recent is zelfs het besluit genomen om zelfs militairen (weer) in te zetten om de veiligheid enigszins terug te brengen. De moorden op dit eiland zijn niet nieuw, ze zijn al jaren aan de gang. Velen zeggen dat het te maken heeft met de schrijnende interne ongelijkheid in het land. Trinidad is de afgelopen jaren een relatief rijk Caribisch land geweest, maar lang niet iedereen profiteert mee van de inkomsten uit olie en gas. Nu de prijzen zijn gekelderd, heeft ook Trinidad te maken met koersproblemen en een daling van de reserves. Wellicht is het op Trinidad mogelijk om staatsburgers de toegang tot het land te ontzeggen, maar dat zou iets moeilijker gaan in Suriname. Onze grondwet biedt aan staatsburger de garantie om, waar ze ook mogen zijn geweest, onverhinderd terug te keren naar hun vaderland. ‘Alle Surinamers worden in Suriname toegelaten en zijn vrij zich binnen Suriname te verplaatsen en te verblijven, behoudens in de gevallen bij de wet bepaald’, zegt de grondwet. Dit laatste betekent echter dat volgens de grondwet het niet uitgesloten is dat bij wet verhinderd wordt om Surinamers de onverhinderde toegang tot Surinaams grondgebied mogelijk te maken. Het is nu nog geen topprioriteit van de regering om wetgeving te maken, die de Isis-ganger de toegang verbiedt. De huidige minister is de eerste die sinds Isis actueel is, de naam van de organisatie in de mond heeft genomen. Dat op zich is al een vooruitgang en een teken dat deze minister echt bereid is om inhoudelijk beleid te maken en te regeren. Er zijn eens berichten geweest, die zouden aangeven dat ook Surinamers zouden meevechten met Isis. Suriname werd daarmee in verband gebracht met gewapende grepen in het Midden-Oosten. Vanuit het kabinet van de president i minimaal 1 keer ontkend dat er Surinamers ook zouden meevechten met Isis. Daarna kwam het bericht van een dame, die in Turkije zou zijn aangehouden omdat zij van plan was om de groep te joinen. Inmiddels moet de persoon al in Suriname zijn. Het Bureau Nationale Veiligheid en CIVD moeten duidelijk deze ontwikkeling volgen, omdat er veel traditionele potentiele targets zijn in Suriname. We denken aan religieuze groepen, maar ook vertegenwoordigingen van westerse mogendheden. De overheid is volgens de Juspol-minister nu bezig te overwegen welke maatregelen moeten worden getroffen tegen mensen, die lid van de terreurgroep Isis willen worden. Er is een wezenlijk verschil tussen mensen die lid willen worden en mensen die al actief zijn in de oorlogshandelingen van de groep. Een uitgesproken of niet kenbaar gemaakte wil om iets strafbaars te doen, kan niet zonder meer leiden tot bijvoorbeeld strafvervolging. Aansluiting bij Isis brengt op zich niet zonder meer mee dat men van plan is om strafbare handelingen te plegen. In het Surinaams systeem komt ook geen wettelijk ingestelde lijst van verboden organisaties voor, waarmee Surinaamse rechts- en natuurlijke personen geen (juridische) relaties mogen onderhouden. Uit de gepubliceerde uitleg van de minister blijkt dat ze zich focust mede op de Caribische en andere personen die ons grondgebied zouden kunnen gebruiken om te reizen naar bijvoorbeeld Turkije. Dan gaat het onder meer om Caricom staatsburgers, die geen visum nodig hebben om ons grondgebied te betreden. Terecht heeft de minister het in dit kader over grensmanagement, welke vanwege de uitgestrekte landsgrenzen, tekort aan menskracht n (technologisch), materieel en ook nog ongemotiveerd en incompetent geworden personeel heel moeilijk uit te voeren is. Wat Surinamers betreft is het zo dat die toch wel regelmatig Turkije lijken te bezoeken en dan heel vaak als onderdeel van hun vakantie in Nederland. Het visum kan zowel in Nederland als in Nederland worden aangevraagd en het komt feitelijk neer op het kopen van een visum; het is een kwestie van ‘binnen een dag’. Istanbul als het indrukwekkend mengsel van het oosten en het westen is een voornaam trekpleister voor onafhankelijke cultuuropsnuivers, maar Nederlanders doen ook traditionele ‘zonbestemmingen’ aan en slepen soms Surinamers mee. Turkije is een land waar velen proberen om de grens over te steken naar het aangrenzende Syrië, waar het momenteel broeit en waar Isis als een virus ‘heerst’. Voor Surinamers is het theoretisch niet moeilijk om via Nederland of Frankrijk in Turkije te belanden en te reizen naar het uiterste zuidwesten. Dat is doorgaans de andere uiterste van Turkije. Het is rijzenswaardig en zelfs bevolen dat de Juspol-minister aandacht aan deze zaak besteedt. Het BNV en de CIVD moeten hier hun meerwaarde gaan bewijzen en de minister bijstaan in haar uitgesproken beleidsintentie.

error: Kopiëren mag niet!