Kinderarbeid ongewenst

Vandaag wordt wereldwijd de Internationale Dag tegen Kinderarbeid herdacht. In Suriname worden zeer toevallig ook tegen deze tijd nieuwe regels aangenomen die een modernnisering zullen inhouden van de al bestaande normen op het gebied van kinderarbeid die opgenomen zijn in de Arbeidswet. Deze wet dateert uit de jaren ’60 van de vorige eeuw, een periode waar de economie van Suriname er anders uitzag en de samenleving anders was opgebouwd. Zo werd er nog veel gedaan aan de gezinslandbouw en het is bekend dat kinderen ondanks het werk op het veld, hebben kunnen studeren en grote mannen zijn geworden in de samenleving. Maar het is ook bekend dat legio kinderen zodanig verweven waren in de gezinslandbouw, dat ze het op school niet konden bolwerken en heel snel afvielen. Ook meisjes waren het slachtoffer van ouderwetse ideeen over opvoeding en de samenleving. Deze kinderen moesten passen op de kleintjes en hoefden daarom ook niet naar school. Er zijn door de koloniale overheid acties ondernomen om het onderwijs onder de verschillende gemeenschappen te bevorderen, maar er was ook veel ruimte vrij gelaten voor kinderen om vrij vroeg betrokken te raken in bijvoorbeeld de gezinslandbouw. Dat heeft een invloed gehad op het onderwijs en de participatie en integratie van bepaalde groepen in de Surinaamse samenleving. De koloniale overheid heeft kortom te weinig gedaan in de wetgeving en in de voorzieningen om de kinderen in de kolonie te beschermen van kinderarbeid. Het is uit de statistieken in de wereld bekend dat landbouw tot de meest gevaarlijke sectoren in de economie behoort. Ook is het bekend dat veel kinderen, onder het mom van werkzaamheden in verband met het gezin, misbruikt worden om te prodiceren voor de markt. Veel producten zijn daarom besmet met kinderarbeid, arbeid verricht door kinderen in verband van ook de gemeenschap waartoe ze behoren. De uiteindelijke profiteurs van deze uitbuiting zijn de rijke merken en multinationals die gevestigd zijn in Europa en Amerika. De normen voor de bruine kinderen in het koninkrijk waren dus in de koloniale periode anders. In eigen beheer worden nu dus na meer dan 50 jaar inspanningen getroost om onze kinderen te beschermen tegen het ongewenste fenomeen van kinderarbeid. Kinderarbeid zorgt ervoor dat kinderen niet tot de volle potentie van hun door God gegeven talent komen. Er zijn kinderen die ondanks kinderarbeid toch enige diploma’s kunnen behalen, maar deze kinderen zouden lichamelijke groter en gezonder zijn en het hoogste diploma hebben behaald als ze beschermd waren tegen kinderarbeid. Er zijn gemeenschappen waar de Staat zorgt voor alle kinderen op het territorium. Deze kinderen blijven lang op school en vormen een productieve samenleving, waardoor welvarende economieen ontstaan. In Suriname moet ook de mind shift worden gemaakt dat de Staat geen geld weggooit wanneer het zorgt voor de Surinaamse kinderen. Er zijn kinderen die noodgedwongen de straat op moeten om echt in de productieve sfeer te gaan arbeiden. Dat maakt dat deze kinderen niet volledig kunnen uitblinken op school en niet lang genoeg tot het einde kunnen doorgaan. Ze haken af of stompen ergens halverwege af. Wanneer Suriname in de kinderen investeert, en dat is alles bij elkaar genomen niet zoveel, investeert ze in een meer welvarende samenleving. Het probleem in Suriname is dat bijna alles met een etnsiche en groepsbril wordt bekeken. En daar stuit de discussie met betrekking het zorgen voor de Surinaamse kinderen, want dan blijkt dat degenen die de dienst uitmaken zich niet kunnen herkennen in de kinderen dringend staatszorhg nodig hebben. We zijn van oordeel dat kinderarbeid niet moet voorkomen in een samenleving als die van Suriname. Kinderen mogen voor de fun en voor een tegemoetkoming best wel een karweitje doen, maar kinderarbeid is uit den boze. Kinderarbeid wordt meestal beschreven als het tewerkstellen van kinderen op een wijze die ze hun kindertijd, hun waardigheid of hun potentieel ontneemt, en die schadelijk is voor hun lichamelijke en geestelijke ontwikkeling. Vaak gaat het om slecht betaald werk en soms worden de kinderen niet betaald. De meeste landen beschouwen kinderarbeid in strijd met de mensenrechten en stellen strenge regels voor de minimumleeftijd van werkenden en het maximumaantal werkuren voor kinderen. In Suriname is de minimumleeftijd om te werken 14 jaar en nu zijn er voorstellen om die te verhogen naar 16 jaar. Dat is de norm die internationaal gangbaar is. Kinderarbeid was ten tijde van de industriële revolutie ook gebruikelijk in de nu rijke landen van het Westen. In 1874 diende in ons voormalig moederland het links-liberale kamerlid Samuel van Houten een wet op de kinderarbeid in, die bekendstaat als het Kinderwetje van Van Houten. Deze wet moest een eind maken aan arbeid door kinderen jonger dan 12 jaar. Omdat de controle tekortschoot, veranderde er in de praktijk weinig. In veel landen maakte de leerplicht een eind aan kinderarbeid; in ons voormalig moederland was dat in 1901 het geval. Kinderarbeid komt nog veel voor in Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Kinderen worden niet alleen in de landbouw en familiebedrijven ingezet, maar ook als goedkope arbeidskrachten in fabrieken en weverijen. Het verschil tussen kinderarbeid en kindslavernij is niet altijd duidelijk. Regelmatig komen bedrijven in opspraak die zaken doen met landen waar kinderarbeid voorkomt, als blijkt dat zij niet voldoende doen om te voorkomen dat bij het productieproces kinderen zijn ingeschakeld. In toenemende mate eisen bedrijven van hun leveranciers een verklaring dat aan de productie geen kinderarbeid te pas is gekomen. De algemene opvatting over kinderarbeid is dat het verdwijnt zodra een ontwikkelingsland een sterke economische groei doormaakt. Uit de bekende internetbron blijkt dat dit echter in eerste aanvang niet het geval. Uit een analyse van gegevens uit 15 staten van India bleek dat economische groei in eerste instantie juist een grotere vraag naar kinderarbeid opwekt. Vooral de meisjes waren hiervan de dupe. Het zijn met name omstandigheden als het netto binnenlands product, de hoogte van de lonen en de inkomens van de huishoudens die de noodzaak voor het al dan niet teruggrijpen op kinderarbeid sterk beïnvloeden.

error: Kopiëren mag niet!