Op vrijdag 9 maart heeft JCI Nilom een 1-daags seminar gehouden, waarbij actoren van de KKF en Handel, Industrie van Suriname en Frans-Guyana hebben gesproken hoe de handelsrelatie te versterken tussen beide landen. Ook zijn de voorwaarden bekeken hoe Suriname kan toetreden tot de Franse-Guyanese markt. Gillian Pooters, JCI Nilom president, geeft aan dat een delegatie reeds in november 2017 vertrokken was naar Frans-Guyana. Het gaat om een delegatie, bestaande uit leden van JCI Nilom, het bedrijfsleven waaronder Fernandes, Optiek Ninon, enkele jonge entrepreneurs en een educatiebureau. Dat was het eerste traject om te starten met een twinningsproject, dat als doel heeft het versterken van de handelsrelatie tussen Suriname en Frans-Guyana. Er zijn onder andere ernstige discussies gevoerd met betrekking tot de barrières, die vooral Suriname ervaart bij het doorbreken tot de markt in Frans-Guyana. Een van de uitdagingen is onder andere de taal en het proces gericht op het krijgen van goederen op de Franse markt. Er zijn onder andere strenge voorwaarden aan verbonden, die gebaseerd zijn op de EU (Europese)-standaarden. Bepaalde producten zullen eerst door een laboratorium onderzocht worden om te kijken als ze inderdaad voldoen aan gezondheidsvoorschriften.
Een van de zaken die verder werd besproken is de manier waarop Frans-Guyana, Suriname van dienst zou kunnen zijn. “Suriname heeft namelijk gebrek aan kennis en aan financiën. De Fransen hebben toen ook aangegeven manieren te zoeken, gezien Suriname vlak naast hen ligt, hoe de handel op te krikken. Er zijn van de Franse kant al enkele stappen genomen door een lidmaatschap aan te vragen bij Caricom, waardoor zij een semi Caricom-member worden. Als zij dat verkrijgen, wordt het tevens makkelijk voor Suriname om producten daar te verkrijgen. Verder hebben zij voor wat betreft zwaar materieel (Surmac heeft reeds een afdeling op de markt) reeds markttoegang verkregen in Frans-Guyana. Dat is uniek omdat wij van de douane hebben vernomen dat voor het passeren met goederen je een Euro 1 certificaat nodig hebt. Toch wist dit bedrijf haar producten op de markt te krijgen.”
Suriname kan aanspraak maken fonds Frans-Guyana
“Wat men overigens niet weet, is dat er een groot fonds is in Frans-Guyana ten behoeve van ieder bedrijf dat zaken met en binnen Frans-Guyana wil doen, waarop aanspraak gemaakt kan worden”, verklaart de JCI president. Zou je een agrarisch voedselprocessingsbedrijf hier neer willen zetten om producten bestemd voor de Franse markt te produceren, kan je aanspraak maken op dit fonds. Je zal echter moeten voldoen aan bepaalde EU-standaarden. Je zal overigens de eerste investering zelf moeten doen, waarna getoond moet worden hoeveel deze bedraagt en dat het daadwerkelijk gedaan is ten behoeve van de Franse markt, waarna je 75% van je investering terugkrijgt.
Producten Europa-waardig maken
Het twinningsproject was eigenlijk begonnen met een heel ander doel, zegt Pooters. “We wilden eigenlijk een JCI-kamer openen in Saint Laurent en op Albina. Maar later zagen we dat we veel meer konden doen. We hebben besloten te werken aan het stimuleren van de handel.” Frans-Guyana is sowieso gefocust op agrarische producten. De douane heeft onder andere aangegeven dat er wel een degelijke goederenstroom is naar Frans-Guyana. De grootste uitdaging blijft ernaar toe te werken om Surinaamse producten Europees waardig te maken, zegt de JCI-voorzitter. “Wat ik dan ook uit de paneldiscussie wil krijgen vandaag is hoe Frans-Guyana, Suriname kan bijstaan om onze producten Europa-waardig te maken. Ze staan er ieder geval wel open voor. De volgende stap voor ons hierna zal zijn met de verschillende organisaties in Suriname aan tafel gaan, die het bedrijfsleven in Suriname vertegenwoordigen en de voorwaarden voorhouden. Zij kunnen dit dan verder brengen naar hun leden, zodat er gewerkt wordt de handel met Frans-Guyana tot een feit te maken”, aldus Pooters.
NK
