Integriteit

Wij zijn er niet erg aan gewend deugden die vereist zijn voor een aanvaardbare wijze van taakuitvoering tot de tastbare zaken te rekenen. Wie op het werk op zoek gaat naar rechtvaardigheid in het personeelsbeleid zal deze waarde niet op een of andere manier ‘ergens’ tegenkomen. Deugden of waarden in de werkrelatie kunnen niet aan iemands lijf worden opgehangen bij het betreden van de werkplek. Je bent eerlijk of oneerlijk. Je bent narcist of niet. Je bent oprecht of niet. Je bent betrouwbaar of onbetrouwbaar. Je leeft met gevoel van eigenwaarde of je neemt het daarmee niet zo nauw. Waarden en nogmaals waarden. Een deugd die zowel in goed openbaaar bestuur als in het bedrijfsleven een voorname plaats inneemt, is integriteit. Recentelijk nog heeft de politieminister gemeend een integriteitscommissie te moeten installeren die het integriteitsvraagstuk binnen de politieorganisatie onder de loep moet nemen. Opmerkelijk is dat deze commissie is ingesteld naar aanleiding van recente voorvallen van aanhouding van politiewerkers terzake het plegen van ontoelaatbare handelingen. Opmerkelijk, aangezien het optreden tegen politiedienders die over de schreef zijn, gaan ruimschoots mogelijk gemaakt wordt door de formele regelingen die specifiek het poltiekorps regarderen. Is er soms een plotse ontdekking van onethisch gedrag bij politiefunctionarissen aan de orde? Het is overigens de vraag hoe een onderzoeker om moet gaan met onderzoek in een werkorganisatie naar de mate van betrouwbaarheid, oprechtheid of integriteit. Begrippen die onlosmakelijk gekoppeld zijn aan de missie van een politieorganisatie en aan de functie van politiebeambte. Wie zich schuldig maakt aan schending van de missie of waarden van een organisatie is het lidmaatschap daarvan onwaardig geworden. Moeder Overheid denkt daar waarschijnlijk anders over. Een onderzoek naar het wervings- en selectiebeleid binnen het politiekorps gedurende de achterliggende regeerperioden zal zeer waarschijnlijk aan het licht brengen dat in veel gevallen de hand gelicht is met de selectiecriteria. Helaas is ook het politiekorps ten prooi gevallen aan onverantwoord omgaan met het formatiebeleid dat voor een politieorganisatie op strikt objectieve normen moet zijn gebaseerd. Wie klaagde recentelijk nog over onbetrouwbare politiebeambten? Wie zijn in het korps de leermeesters in de praktijk op het gebied van standvastigheid, betrouwbaarheid en onkreukbaarheid? Is het wel of niet zo dat het politiekorps op haast alle niveaus doortrokken is van corrupt gedrag? Personen in politieke organisaties die straks het stokje willen overnemen zullen het steeds meer hebben over integriteit in de politiek en in het openbaar bestuur. Berijders van stokpaardjes zullen de goedgelovige burgers ongetwijfeld aan hun zijde vinden. Maar feiten liegen niet. Reeds het feit dat ondernemers enerzijds wettelijk nu gebonden zijn aan transparantie, terwijl bestuurders van politieke partijen anderzijds weigeren hun inkomstenbronnen publiekelijk kenbaar te maken, typeert het integriteitsgehalte van laatsgenoemden. Zij volharden in onstandvastig gedrag. Zijn niet ook onze partijleiders uitgehouwen beelden van onbetrouwbaarheid? In het kader van onze werkorganisatie valt over integriteit nogal wat te zeggen. Bij het willen bepalen van de persoonlijke integriteit van een hoge of leidinggevende functionaris, is de verhouding tussen het niveau van zijn of haar persoonlijke bekwaamheid en die van zijn werkomgeving van groot belang. Heeft de hogere persoon een of meer medewerkers onder zich die, wat bekwaamheid betreft, boven hem uitschieten, dan verstoort dat al gauw de ethische verhoudingen. De hogere in rang heeft graag ondergeschikten die minder bekwaam zijn dan hij zelf. Is het tegendeel het geval dan komt de meerdere in een ongunstige concurrentiepositie terecht. Grote verschillen in bekwaamheid tussen personen die op elkaar zijn aangewezen vormen vaak een verscholen bron van spanningen tussen de betrokken functionarissen. Wanneer de meerdere de communicatiekanalen met ondergeschikten blokkeert, kan dit ook het gevolg zijn van ongerieflijke bekwaamheidsverschillen. Ondergeschikten die opvallend goed presteren worden niet zelden daarvoor afgestraft. Zij krijgen dan niet de kans te tonen wat zij kunnen. Zeer in strijd met het integriteitsbeginsel. Overigens moet hier ook erop gewezen worden dat ingeroeste handelingen en gedragingen van chefs en andere personeelsleden ook in het bredere verband verklaard kunnen worden. Wie tussen dieven zijn of haar weg moet vinden wordt al gauw ook dief. Heerst in de organisatie een cultuur van stelen, van liegen en bedriegen dan is handelen in strijd met integriteit geen niveaugebonden verschijnsel meer, maar is zij organisatiebreed uitgezaaid. Het zij benadrukt dat bevredigende bekwaamheidsverhoudingen tussen personeelsleden loyaliteit jegens de organisatie stimuleren, terwijl onbevredigende bekwaamheidsververschillen niet bepaald bevordelijk zijn voor loyaliteit en integriteit op de werkplaats. Ondergeschikten met belangstelling voor hun taken leren sneller dan de achterblijvers. Naarmate zij meer leren wordt de bedreiging voor de positie van hun superieur groter. En ook met dit gegeven moet de personeelsdeskundige goed weten om te gaan. Het komt in de praktijk gewoon erop neer dat interne discussies over het integriteitsvraagstuk in de organisatie ook moeten gaan over de mate van professionaliteit van de personeelsfunctie en van het personeelsbeleid. Onverantwoord personeelsbeleid en de instandhouding van waarden, waaronder integriteit, zijn niet elkaars bondgenoten. De goed bedoelde pogingen van de politieminister om ongewenst werkgedrag van politiebeambten een halt toe te roepen moeten dit probleem wel binnen de juiste context plaatsen. Integriteit kleeft nauw aan de missie van het politiekorps. Het is daarom onbegrijpelijk dat afwijkend gedrag van korpsleden geen merkbare aandacht van gewezen bewindspersonen heeft gekregen. Het heeft geen zin de fysieke accommodatie van het politiekorps alle aandacht te geven terwijl het met de waarden van het politiecollectief alsmaar bergafwaarts gaat.
Stanley Westerborg
Organisatieanalist

error: Kopiëren mag niet!