Het loopt nog niet

De kwalificatiewedstrijd tegen de eilandengroep British Virgin Islands (BVI) in het weekend genoot relatief goede aandacht. Suriname is qua bevolking 16 maal groter dan de BVI (34.000 bewoners). De voetbalhistorie en –achtergrond van Suriname spreek meer tot de verbeelding dan die van de BVI. Surinaamse clubs zijn bijvoorbeeld CFU-kampioen geweest in een lang vervlogen tijd. Suriname speelde zondag weer een kleurloze wedstrijd. De Surinaamse voetballers speelden niet vrij en de meesten presteerden elk ver beneden hun potentie. De tweede helft was iets beter dan de eerste, maar overall was het een weinig indrukwekkende vertoning. De Surinaamse voetballers zijn niet goed opgeleid en missen de professionele houding en statuur die je van spelers van een nationale selectie verwacht. Hun houding is dezelfde als ze ergens in Wanica of Commewijne een ‘copa’ op een klein veldje spelen voor een ‘bruin’ per wedstrijd. De Surinaamse voetballers hebben last van het publiek, ze kunnen in de nationale selectie niet omgaan met aandacht die gepaard gaat met interlands. De spelers in de nationale selectie maken constant foute keuzes, het is niet te zien dat er een gedachte achter keuzes zit. Bovendien is duidelijk geworden dat voetballers die in de Surinaamse competitie uitkomen, tactisch en technisch zwaar tekort schieten. Maar het is niet de schuld van deze voetballers. Het heeft te maken met de kwaliteit (van het bestuur) van de SVB, de lidbonden en niet te vergeten de topclubs en hun trainers. Het probleem van de kwaliteit van de Surinaamse trainers moet niet worden onderschat. De vraag rijst of het mogelijk is om een goede voetbaltrainer te zijn zonder in het bezit te zijn van minimaal een middelbare schooldiploma. Wij denken dat het onmogelijk is, een uitzondering daar gelaten. Suriname moet ook zwaardere eisen gaan stellen aan zijn voetballers. Die moeten ook minimaal een middelbare schooldiploma hebben om bijvoorbeeld betaald voetbal te spelen. Surinaamse jongens houden van voetballen en ze willen als ze jong zijn wel degelijk een diploma behalen. Dit laatste moet niet worden ontkend, maar tegelijk moet worden bekend dat veel jongens door het systeem (thuisfront, Sport- en Jeugdzaken, Sozavo en Minowc) in de steek worden gelaten. De jongens haken af van school, omdat men kiest om te overleven. Lichamelijke opvoeding is een vak dat al op glo, voj en vos wordt onderwezen. De meeste LO-leerkrachten zijn vijanden van het voetbal, een deel is vrouw en heeft nooit gevoetbald. Ze kunnen niets nadoen. De jongens die van voetbal houden, worden gedwongen om handbal, hoogspringen en volleybal te spelen. Voetbal is op school taboe, terwijl voetbal nog steeds de nationale sport in Suriname is. De SVB is op de hoogte van deze vijandigheid tegenover voetbal op scholen, maar de bestuursleden hebben het te druk met hun werk en veteranenvoetbal spelen om deze zaken met Minowc en bijzonder onderwijsstichtingen te bespreken. Voetbal moet op school worden georganiseerd. We hebben nu SVB jeugdcompetities (vanaf 9 jaar tot 20 jaar) die in Paramaribo worden afgewikkeld en af en toe in de districten als de clubs meedoen (thuiswedstrijden). Clubs uit de districten doen niet mee aan de SVB jeugdcompetities met een enkele uitzondering van 1 of 2 clubs uit Wanica en Commewijne. In de districten zijn er geen jeugdcompetities. De SVB stimuleert dat in geen enkel opzicht bij de lidbonden, het komt niet eens aan de orde op ledenvergaderingen. Bestuursleden van de SVB geloven alleen en doen zelf ook mee aan veteranenwedstrijden, ze zijn heel enthousiast daarover. Het Minowc moet samen met Sport en Jeugdzaken en in samenwerking met de SVB en zijn lidbonden, jaarlijks scholencompetities draaien. De topspelers worden hier gescout onder de voorwaarde dat clubs bevorderen dat de jongens minimaal hun middelare schooldiploma halen. De districtenkampioenen worden dan jaarlijks gehuldigd door de DC’s. De nationale schoolkampioen wordt jaarlijks gehuldigd door de president van het land. Het sportmateriaal van de scholencompetities wordt gesponsord door Sport- en Jeugdzaken, het moet worden begroot. De wedstrijden worden afgewerkt in de districten op de velden van de lidbonden. De SVB moet een soort integratie organiseren tussen een schoolcompetitie en de jeugdcompetitie waar vooral teams van de Topklasse in een of meerdere klassen met een jeugdteam meedoen. Veel Surinaamse voetballers komen overigens uit een wild-west-situatie die heerst in de club. Ze ervaren ook een behoorlijke armoede en wonen in krotten, dit zorgt voor minderwaardigheidsgevoelens. Dat komt naar boven als men voor buitelanders staat. Er zijn clubs in Suriname die achter elkaar kampioen worden van Suriname, maar die niet werken aan de sportieve en technische vorming van de jonge sporters die bij hun spelen. Er zijn clubeigenaren die hun spelers zelfs meesleuren in anarchie en gangsterachtig en gewelddadig gedrag op en buiten het veld. In een nette setting van de nationale selectie weten deze jongens zich geen raad en lijkt het dan alsof een arm en een been en het verstand buiten werking zijn gesteld. Er is een grote culturele gap tussen het nette georganiseerd gedrag in de nationale selectie en de wild-west van de clubs. Die gap is er ook tussen de SVB-bestuursleden en het nationale team. Er is veel op te merken rond de wedstrijd van zaterdag. Over het tenue, de vest van de trainer en de hoge prijs van de ‘tribune noord’ kaarten en daardoor de lege tribunes (waar de SVB-bestuurders nooit komen) gaan we een andere keer wel hebben. Feit is dat we een steeds langere weg te gaan hebben als het gaat om onze nationale voetbalselectie.

error: Kopiëren mag niet!