Heerschappij van het gemene volk

De Surinaamse samenleving wordt al zes jaar geregeerd door de mofinawans en de laagopgeleide jongeren, in voetbaltermen de derde klasse. Het is de machtsbasis van de volkspresident, een menigte die voor een portie bami snel kan worden opgetrommeld om op straat lawaai en drukte te komen maken. Ze hebben de president al een paar keer duidelijk hun mandaat gegeven. Hier zien we de algemene weeffout in de democratie, het kan ontaarden als het volk een populistische leider met antidemocratische neigingen wil. Suriname kent daarnaast een speciale systeemfout in het kiesstelsel, waardoor stemmen in Paramaribo en Wanica veel minder waarde hebben dan stemmen in Coronie, Marowijne, Brokopondo en Sipaliwini. De volkspresident is een recidivist. Het eindresultaat van zijn machtsuitoefening is niet een gewoon leven, laat staan gewoon een beter leven, maar opnieuw puur overleven. Let wel, zijn voorgangers hebben ook gefaald door geen sterke instituties te ontwikkelen en zijn dus mede schuldig aan de huidige situatie, maar we spreken degenen aan die nu aan de macht zijn en verantwoordelijkheid dragen. Door de excentrieke keuzes van de volkspresident moet het volk zich nu vastklampen aan het reddingsvlot en alles overboord gooien wat het leven de moeite waard maakt. De volkspresident gaat halsoverkop naar het IMF voor geld om een groot gat met een nog groter gat dicht te maken, de Republiek in verwarring achterlatend. Eerder heeft hij zich ongeloofwaardig gemaakt en zijn vertrouwen verspeeld door loze beloften, verspilling en weinig respect voor het recht. Tevens zijn er in aanloop naar de crisis tekortkomingen gebleken in het vermogen om te kunnen samenwerken met sociale partners of om onenigheid helder uit te leggen. Zijn ‘revolutie’ heeft destijds de ‘vernieuwing’ gebracht van een broedermoord, die het land heeft verzopen in bloed en brengt nu voor de derde keer armoede en afhankelijkheid van het buitenland. Een tragedie in drie bedrijven! Dus wat heeft er in de eerste plaats toe geleid dat mensen denken dat deze president een door God gezonden wonder is en moet blijven zitten? Geraffineerde misleiding! De mofinawans die hem op handen dragen zijn een slaafse, halleluja kudde die zich graag blindelings laat leiden door de charismatische herder. De ontvankelijke jongeren hebben een gebrekkig historisch en politiek bewustzijn. Ze zijn als maagden die zich met mooie woordjes, beloften, cadeautjes en een rooskleurige toekomst laten verleiden door de oude baas om dan van een koude kermis thuis te komen. Helaas heeft hun superman met zijn voorgeschotelde utopie geen koers gezet naar het beloofde land maar naar het IMF en bijgevolg de uitdovende ‘we gaan nog voor vijf!’ en de aanzwellende ‘we zijn moe!’ Hoop is omgezet in woede. Men is het helemaal beu. De grote schuldenlast waarmee het ganse land wordt opgezadeld zal de opbouw van de volgende generatie belemmeren en de mofinawan zal het moeten blijven doen met de toegeworpen kruimels. Het enige gedenkwaardige voor de volgende generatie zal zijn de economische onbeholpenheid van deze en de vorige regering en de drie ‘revolutionaire’ bankroeten in drie decennia. Ze zullen als blunders in het geheugen gegrift blijven staan.
Rijke landen hebben sterke instituties (lees: wetten en regels). Arme landen niet. Sterke instituties kunnen mensen redden uit nare omstandigheden, en ze ook tegen zichzelf beschermen. Sterke instituties dragen het stempel van de bekwame mensen die ze hebben opgezet en belichamen de principes van rechtvaardigheid. Maar de instituties moeten zelf ook niet corrupt worden. Goede wetten en regels worden gemaakt door goede mensen, maar goede mensen worden gemaakt door goede wetten en regels. Dit lijkt een kip-en-ei-probleem. Maar er is niet echt sprake van een tegenstrijdigheid. Wat opvalt, is dat er kippen en eieren zijn, en dat er mensen en wetten zijn. Het is zowel waar dat mensen goede wetten en regels nodig hebben om ze beter te maken en dat wetten en regels goede mensen nodig hebben om ze beter te maken. Het verband tussen oorzaak en gevolg is eenrichtingsverkeer, je kan het niet omdraaien. Slechte mensen maken slechte wetten of leven wetten en regels niet na en raken dan gevangen in een vicieuze cirkel ofwel een negatieve spiraal van verval, chaos, armoede en criminaliteit. Goede mensen maken goede wetten, leven die na en komen in een positieve cirkel of spiraal van rust, vrede en welvaart.
In de eerste Surinaamse crisis, van 1982 tot 1987, was er geen sprake van politiek of dialoog, er was alleen dictatoriale dwang en geweld. Nadat daarna de politiek weer op gang begon te komen, heeft men verzuimd sterke instituties te vormen om de politiek op een juiste, deugdelijke koers te houden. Het terugkerende probleem van corruptie heeft mogelijk een hoopvol begin snel weer uit balans gebracht en vernietigd. Politieke deugdzaamheid vereist voortdurend onderhoud. Als dat niet gebeurt dan dreigt dictatuur en vertrapping van de grondwet. Een voorbeeld uit de praktijk is volkspresident Maduro van Venezuela. Hij denkt dat hij God is en dat de grondwet van hem is. Door een vernietigend beleid, straffeloosheid, intimidatie en dieftig gedrag is de democratie ontaard en het land vervallen in chaos en armoede. Dit voorbeeld brengt de tegenstrijdigheid in de democratie aan het licht: het volk kan zich vergissen en de verkeerde leider kiezen. Deze ongewenste toestand kan worden afgewend door te eisen dat de leider die faalt, verdwijnt.
‘Ala ogri kan tja’ wan bun.’ Hopelijk zal de economische crisis deze keer Suriname positief beïnvloeden. De etnische verscheidenheid mag niet nadelig worden gebruikt, zoals recent weer het geval was toen een paars fossiel repte van ‘de coup der Hindoestanen’. Tussen haakjes, bij de laatste verkiezingen is weer duidelijk gebleken hoe de politiek etnische groepen tegen elkaar uitspeelt. De politiek is de oorzaak dat alle etnische groepen nog steeds net zo mijlenver van elkaar verwijderd zijn als Afrika, China, Indonesië en India van Suriname. Enfin. Deze crisis móét leiden tot a) saneren van dat slecht onderhouden gebit: het ambtenarenapparaat!, b) stimuleren van de duurzame productie, c) sterke instituties en naleving van wetten en regels, en d) een geloofwaardige overheid met een langetermijnvisie. Alleen dan kan Suriname het 17e rijkste land van de wereld worden. Dan zullen er geen mofinawan meer zijn en zullen alle jongeren een vak hebben geleerd en werk hebben. Bidden heeft geen zin, er wordt al genoeg gebeden.
Tot slot, Aristoteles (384 v. Chr.), hij onderscheidde drie staatsvormen, elk met een positieve en een negatieve tegenhanger. Het laten ontstaan van de negatieve vorm is een symptoom van crisis en een duidelijk begin van een omwenteling. Een monarchie kan ontaarden in een tirannie, een aristocratie kan verworden tot een oligarchie en de negatieve tegenhanger van de democratie noemt hij ochlocratie (‘heerschappij van het gepeupel’). De democratie in Suriname is gekaapt door de bermpopulisten die inspelen op de onderbuikgevoelens van het gewone volk.
D. Balraadjsing

error: Kopiëren mag niet!