De onderwijswetenschapper Soenderpersad Hanoeman verkeert niet in een hoerastemming ten aanzien van het landelijk slagingspercentage van 56.63% in verband met het eindexamen van het Gewoon Lager Onderwijs (GLO). Alhoewel dit een lichte stijging is van 4.51% ten opzichte van het afgelopen jaar, vindt Hanoeman dat er geen reden tot blijdschap is. “Als de toename van het slagingspercentage binnen een marge van 5% blijft, is het voor mij geen significant verschil. Zoals ik altijd heb gesteld, zouden de kinderen van de zesde klas met 97% moeten slagen. Als dit percentage niet behaald wordt, is het voor mij nog altijd een heel slecht resultaat”, beklemtoont Hanoeman tegenover Dagblad Suriname. Hanoeman beschrijft het Surinaams onderwijs als selectief onderwijs waardoor de leerlingen in principe hele goede leerprestaties zouden moeten neerzetten. Daarom stelt hij daarbij de volgende hamvraag: “Hoe zijn die kinderen in de zesde klas belandt, terwijl ze constant geselecteerd worden?”.
Bijkans 2146 leerlingen (19.27%) hebben de eindstreep niet behaald. Volgens Hanoeman is het van eminent belang om de oorzaak hiervan te achterhalen. “Waaraan heeft dit gelegen? Hoe meer afgewezen je hebt, hoe meer de overheid en de ouders in hen zal moeten investeren”. Daarom vindt de onderwijswetenschapper dat het doorgaans een kunst is dat leerlingen binnen de gestelde tijdsduur hun scholing afronden. Hanoeman merkt op dat de onderbrekingen binnen het onderwijs overigens weinig effect hebben gehad op het slagingspercentage. “Waaraan ligt dit dan?”.
KSR
