Eerlijkheidshalve

Waar wij als werkers ons inzetten voor het belang van de werkgever, en wij via het werkgeversbelang op een of andere wijze ook het maatschappelijk belang dienen, doet het pijn oneerlijkheid in de beloningspraktijk in onze dienstbetrekking te moeten ervaren. Gewoon gezegd: het slachtoffer te moeten wezen van onrechtvaardigheid op beloningsgebied. Onrecht in de organisatie alwaar wij werkzaam zijn is immers nooit bij voorbaat uitgesloten. Onze baas kan menselijkerwijs ook misslagen begaan als manager en leider. Ook al wordt gezegd dat ‘the boss is always right” of “ the boss can do no wrong”. Ook al heeft de baas zelf geen last van zijn onoprechtheid op het gebied van beloning voor arbeid. Maar onrechtvaardigheid brengt geen zegening voort. Die regel blijft overeind. Nu toch de inzet nader bezien. Wat stelt die nu voor? Kan de werkgever met inzet alleen verder wel uit de voeten? Het antwoord is neen. Hard werken en tevens goed werken zijn niet identiek. De combinatie van beide is nodig om bij te dragen aan het verwezenlijken van de doelen die gesteld zijn. Werken als een paard en daarbij denken als een ezel geeft geen goed rapportcijfer. Maar de eerlijkheid gebiedt wel erop te wijzen dat de Surinaamse werknemers op het gebied van loon naar verdienste veel te lijden hebben. Meer arbeidswetgeving cultiveert niet per definitie ook rechtvaardige werkgevers. Zou de vuilophaler, gestadig werkend onder bizarre en levensgevaarlijke omstandigheden, niet meer moeten verdienen dan de receptioniste of de administratieve kracht? Neen? Welnu, in functie-analytische zin zou daarover nog een stevige discussie kunnen losbarsten. De omstandigheden waaronder tal van vrouwen dagelijks moeten werken voor een hongerloon zijn niet zelden schrijnend. Voelt de Surinaamse overheid als werkgever zelf ook niet aan dat haar beloningsbeleid van alle kanten rammelt? Eerlijkheidshalve moet toch toegegeven worden dat externe beïnvloeding van alles wat met overheidsmanagement van doen heeft objectiviteit in het personeelsbeleid ernstig ondermijnt? Is niet de implementatie van het Fiso- beloningssysteem als gevolg van de inwerking daarop van allerlei externe krachten, samenvallende met ondeskundigheid, een regelrechte ramp geworden? Veel goed opgeleide en goed presterende ambtenaren zijn door deze tragedie waarschijnlijk voor de rest van hun dienstbetrekking mentaal ontregeld. Waar is overigens het vervolgtraject van het Fiso gebleven? Deze schandvlek op het blazoen van onze grootste werkgever blijft vetgedrukt genoteerd. Mag ook erop gewezen worden dat bedrijfsmanagers maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog in het vaandel moeten dragen, terwijl tegelijkertijd de roep om sociaal verantwoord ondernemen maar uitblijft? Immers, sociaal beleid is toch nog altijd een integrerend deel van het algehele ondernemingsbeleid? Of maakt het winststreven bedrijfsleiders evengoed tot harteloze personen? Wat gebiedt de eerlijkheid verder te zeggen op het gebied van de wanstaltigheden tussen politieke partijen, maar ook tussen politieke ambtsdragers? Wanneer politici de samenwerkingspartner de rug toekeren, geschiedt dit op grond van principiële of fundamentele opvattingsverschillen in louter de zakelijke politieke sfeer? Als het huwelijk tussen bijvoorbeeld de partij ABOP of tussen de PL- organisatie met de NDP of met een andere partner resulteert in een echtelijke breuk, was het omdat de ene huwelijkspartner zich op beginselvaste gronden niet kon verenigen met mogelijk legaliseren van het homohuwelijk, of met legalisatie van euthanasie in ons land, of met het uitblijven van de formele erkenning van de grondenrechten van binnenlandbewoners? Zou een fundamenteel verschil van opvatting over het abortusvraagstuk ten grondslag kunnen liggen aan de breuk? Of zou het zo zijn dat niet de hand gehouden werd aan overeengekomen beleid? Of zou het toch gaan om conflicten, leidende tot spanning tussen samenwerkingspartners in de persoonlijke belangensfeer? Die zouden op een of andere wijze zijn geschaad of niet zijn behartigd. Het zou een belang kunnen betreffen van een relatie, soms van een geliefde. Want amoureuze avonturen en politicus wezen gaan goed samen. De enge belangen zijn van hogere orde dan van het volksbelang wat hierin resulteert dat spanningen tussen partijen in de politiek onsmakelijke kost zijn voor de buitenwacht die daarom afkeer van het politieke gedoe teweegbrengen. En dat is te betreuren want juist het zakelijke gedoe in de politieke arena wekt belangstelling bij de gemeenschap voor de vraagstukken van eigen land. Politiedeskundigen in het parlement hebben ‘’de integrale aanpak van de criminaliteit ‘’ tot hun stokpaardje gemaakt. Dat ontwrichting van de gang van zaken in de politiek door allerlei excessen van politici jegens elkaar ook voeding geeft aan ongewenst gedrag bij jeugdigen schijnen de elkaar bestrijdende personen niet te beseffen. Vuile politiek maakt ook jeugdigen kapot. De eerlijkheid gebiedt verder het optreden van vakbondsmensen aan de kaak te stellen. Want vakbondsmacht wil nu ontaarden in vakbondsterreur. Langs de weg der geleidelijkheid voltrekt zich een proces in die zin dat de posities alwaar de besluiten genomen moeten worden zich verplaatsen naar het machtsdomein in de vakbondswereld. Dat nu zelfs getornd wordt aan het imago van justitiële organen en autoriteiten vormt de getuigenis van deze negatieve ontwikkeling. Recentelijk nog is de gemeenschap geconfronteerd geworden met een ernstige vorm van grensoverschrijdend gedrag van vakbondsbestuurders dat in flagrante strijd geweest is met hun beroepscode. Wanneer heeft de laatste bewustwordingscampagne binnen het politiekorps plaatsgevonden? Rotte appels in de politiemand? Of is misschien de mand intussen ook aangetast? Eerlijkheidshalve zou toch ook daarnaar gekeken moeten worden? Want de inhoud van die mand omvat in werkorganisaties toch zowel laag als hoog? En juist in de hogere regionen van grotere organisaties is rotting vaak goed vertegenwoordigd.
Stanley Westerborg
Organisatieanalist

error: Kopiëren mag niet!