In het kader van Operationele Efficiëntie zal de EBS een transformatie ondergaan. De financiële situatie waarin het bedrijf verkeert, maakt dat het management alle bezuinigingsmogelijkheden bekijkt om te komen tot een efficiëntere bedrijfsvoering. Een onderscheid is gemaakt tussen maatregelen die een hoge prioriteit hebben en binnen korte termijn geïmplementeerd kunnen worden en maatregelen die hoge prioriteit hebben, maar op middellange/ lange termijn geïmplementeerd zullen worden.
In dat kader heeft de EBS ook haar voertuigenbeleid geherstructureerd. Volgens de nieuwe structuur hebben alleen directeuren en onderdirecteuren een bedrijfsvoertuig ter beschikking. Medewerkers in de wachtdienst hebben nog wel een voertuig ter beschikking. De overige personeelsleden die in het bezit waren van een dienstvoertuig, hebben deze teruggeven.
De voertuigen die zijn afgeroomd zullen onder meer worden ingezet in de dagelijkse bedrijfsvoering om verlichting te brengen in de dienstverlening aan de klant. Een ander doel is het minimaliseren van het brandstofverbruik tot de operationele voertuigen.
Andere aandacht gaat naar de defecte speciale voertuigen van de EBS die dringend gerepareerd moeten worden om ingezet te worden om netten te bouwen en huisaansluitingen te maken.
Het intrekken van de voertuigen heeft gezorgd voor een plotselinge gap bij de medewerkers die permanent over een voertuig beschikten. Waar medewerkers al 20 jaar voor het bedrijf werken en een voertuig hebben van de zaak, moesten zij deze inleveren omwille van bezuinigingsmaatregelen en een betere EBS.
De komende maanden volgen meer maatregelen die moeten resulteren in het gezond maken van de financiële positie van de EBS.
