Colporteurs in het district Wanica hebben gedurende de afgelopen twee weken meegemaakt dat burgers geweigerd hebben hun oproepingskaart voor de stemming op 25 mei in ontvangst te nemen. Volgens deze burgers bemoeien zij vanwege hun geloofsovertuiging niet met verkiezingsactiviteiten. Dagblad Suriname sprak met de districtscommissaris van Wanica, Roline Samsoedien, hierover. Zij vindt het jammer dat de burgers hun burgerplicht verzaken door niet naar de stembus te gaan. Ze voegt er ook aan toe dat zij geen oordeel kan vellen dat indruist tegen de godsdienst van de bedoelde burgers. ‘We hebben vrijheid van godsdienst in Suriname. Ik kan die burgers niet gaan verplichten om toch naar de stembus te gaan.’
Volgens de burgermoeder betreft het een kleine concentratie van burgers in bepaalde woongebieden. Zij heeft getracht verschillende colporteurs en zelfs de hoofdcontroleur naar hun woonadressen te sturen voor het afgeven van de oproepingskaarten, maar het mocht niet baten. De burgers raakten in sommige gevallen geïrriteerd en hielden zich bij hun standpunt hun oproepingskaarten niet in ontvangst te nemen, vanwege hun geloofsovertuiging.
Samsoedien geeft ook mee dat in enkele gevallen burgers zijn vervallen tot drugsverslaafden. Ook zij hebben hun oproepingskaart niet genomen. ‘Sani mi o du nanga a karta?’, vragen zij aan de colporteurs. Het uitdelen van de oproepingskaarten heeft een vlot verloop gehad in het district. Meer dan 86 % van de kaarten is al afgegeven aan de stemgerechtigden. Vanaf vandaag tot en met vrijdag wordt een tweede ronde gedaan voor de personen die niet thuis zijn aangetroffen. Indien er burgers zijn die hun oproepingskaarten niet hebben gekregen, kunnen zij hun kaarten afhalen op het bestuurskantoor waar zij woonachtig zijn.
Asha Gajadien-Bhagwat
