Baboeram maakt zich op voor interview met Bouterse

Sinds president Desi Bouterse eerder dit jaar aangaf in te zullen gaan op een verzoek van Dew Baboeram (Sandew Hira) om een openhartig gesprek over de 8 decembermoorden uit 1982, heeft men zowel in Suriname als daarbuiten de ontwikkelingen naar het gesprek toe op de voet gevolgd. Nu, enkele weken verwijderd van het bewuste gesprek van ‘waarheidsvinding’ welke op 27, 28 en 29 november zal moeten plaatsvinden, zegt Baboeram met zoveel woorden dat hij er klaar voor is. Aangezien hij geen enkele indicatie heeft dat de president terug zal komen op zijn eerdere toezegging, heeft hij zich mentaal voorbereid op het te komen gesprek, maar weet hij desondanks niet hoe dit inhoudelijk eruit zal zien. Ondertussen kan hij wel aangeven dat het gesprek op de video zal worden vastgelegd door de STVS en dat hetgeen gezegd is, op locatie op schrift zal worden gesteld. De beelden zullen zo gauw mogelijk op Youtube gepost worden, zodat een ieder die kan bekijken. Dat de keus op het staatsmedium viel om de opnames te doen, was volgens Baboeram een kwestie van gemak. Hij stelt dat hij ervan uit gaat dat er geen sprake zal zijn van manipulatie met beeld en geluid en is van mening dat het publiek in goed vertrouwen erop af zal moeten gaan dat wat hij gepresenteerd krijgt ook de correcte en onvervalste weergave van zaken is. Ondertussen is het onderzoek welke hij uitvoert rondom de 8 decembermoorden evenals dat betreffende de binnenlandse oorlog, in volle gang. Aan de hand van dit onderzoek zal er een tweedelig rapport aan DNA worden gepresenteerd. Het eerste deel zal rond 8 december rond moeten zijn en zal het gesprek met Bouterse bevatten inclusief de persoonlijke reflectie van Baboeram hierop. Het tweede deel zal mogelijk volgend jaar worden afgerond, nadat alle relevante archieven zijn doorgenomen en de nodige mensen, zoals nabestaanden en nog in leven zijnde slachtoffers, zijn gehoord. De archieven van onder andere Justitie en Politie, het kabinet en het Nationaal Leger zullen worden geanalyseerd.
Hoe je weet of Bouterse de waarheid zegt; vraag Venetiaan zijn versie van het verhaal
Baboeram wil graag de oud president Ronald Venetiaan en oud Nederlandse premiers of ministers van Buitenlandse Zaken uit die bewuste periode uit de jaren 1980 en 1990, hun versie van het verhaal laten vertellen. Door hun bijdrage zou er een genuanceerder beeld van zaken kunnen ontstaan. De gedachte hierachter is dat door hun getuigenis af te zetten tegen dat van Bouterse je zou kunnen weten of laatstgenoemde de waarheid zegt of niet. Baboeram nodigde daarom, via de media, Venetiaan uit voor een getuigenis.
Vraagstuk ‘motieven voor plegen politiek geweld’ in Suriname van de tafel geveegd
Baboeram gaf aan dat er in Suriname ten aanzien van de 8 decemberkwestie een politieke strijd is gevoerd met juridische middelen, hetgeen geen oplossing heeft gebracht en de samenleving niet verlost heeft van politieke spanning. Hij verwees daarom naar Zuid-Afrika, waar hij zich onlangs bevond voor oriëntatie. In dit land moest het begrip ‘waarheidsvinding’ ter voorkoming van een burgeroorlog, anders ingevuld worden. ‘Zo kwam men op waarheidsvinding als een manier om gewelddadige confrontatie te voorkomen.’ Baboeram legde uit dat in het geval van individuele amnestie zoals bij Bouterse, er in de Zuid-Afrikaanse optiek, de mogelijkheid bestaat om amnestie te koppelen aan waarheidsvinding door individuele getuigenis. Erkenning van de schending van mensenrechten is in hun optiek belangrijk voor de slachtoffers en de samenleving als geheel. Het doel van politiek geweld werd daar dan ook ter discussie gesteld. ‘De motieven van de mensen die politiek geweld hebben gepleegd en het proces van actie en reactie is in Suriname geen onderdeel geweest van de maatschappelijke discussie’, stelt Baboeram. In Suriname zou dit vraagstuk van actie en reactie volgens hem zelfs systematisch van de tafel zijn geveegd en heeft slechts de stem van de rechtszaak steeds de boventoon gevoerd. ‘Wat we nu doen, is uniek in de wereld’, zegt Baboeram, ‘en getuigt van de mogelijkheid om ondanks alle obstakels tot oplossingen te komen van politieke spanningen, indien men bereid is om ‘out of the box’ te denken.’
Ondersteuning van de OAS en inzage Nederlandse archieven gewenst
Baboeram wil ook graag de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) betrekken bij zijn project van waarheidsvinding in de hoop om daarvan de ondersteuning te krijgen. Dit kan moreel, technisch of door het internationaal promoten van het project ter verruiming van de ondersteuning, geeft hij aan. Hij heeft ondertussen, via de minister van Buitenlandse Zaken, Nirmala Badrisingh, geprobeerd om een persoonlijk gesprek aan te vragen met de secretaris-generaal van de OAS. Badrisingh zal hem haar medewerking hebben toegezegd. Verder heeft hij via een vrijwillige advocaat en namens het International Institute for Scientific Research, een verzoek laten richten aan de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, waarbij gevraagd wordt om inzage in archieven met betrekking tot contacten tussen Nederland en Suriname uit de periode 1979-1993. De staf van het ministerie heeft volgens Baboeram aangegeven te willen meewerken aan dit verzoek. Ook is er een verzoek gericht aan het Nationaal Archief van Nederland, waarbij inzage is gevraagd in de bijlagen van de rapporten uit 1984 en 1985 ten aanzien van de rol van de Nederlandse missie in de periode dat de militaire coup is gepleegd. Zoals bekend zijn deze documenten voor 60 jaar in de ijskast gezet. Op dit verzoek is nog geen reactie ontvangen.
Iedereen wil weten wat Bouterse te zeggen heeft
Baboeram wenste niet in te gaan op de identiteit van de donateurs die dit enorm en kostenintensief project financieel ondersteunen. Initieel is door grote groepen in de samenleving negatief gereageerd op het voorstel van waarheidsvinding van Baboeram. Ook nu nog wordt hij verweten met deze vorm van waarheidsvinding verraad te plegen naar de nabestaanden van de slachtoffers van 8 december toe, waarvan hij er zelf een is. Een broer van Baboeram was namelijk een van de 15 slachtoffers bij deze gebeurtenis. Baboeram zegt dat de groep die kritiek levert op zijn project doet aan ‘obsessieve kritiek’ en dat ‘het weinig uitmaakt wat je doet’, omdat je deze groep volgens hem nooit tevreden gaat kunnen stellen. Hij denkt dat langzamerhand een draagvlak aan het ontstaan is voor zijn project van waarheidsvinding, waarbij men benieuwd is naar wat Bouterse zal zeggen en men niet zo heel erg meer met de vraag speelt of hij het wel moet zeggen. Dit zou volgens Baboeram ook gelden voor zij die niet eens wilden weten wat Bouterse te zeggen heeft.

error: Kopiëren mag niet!